Posts tonen met het label Ushuaia. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Ushuaia. Alle posts tonen

maandag 14 januari 2019

T 10 bis : in het land van de Grootvoeten

Dag allemaal lieve lezertjes,

Ik ben terug, Sloefie de bloggende hond.

Mijn Groote Broer heeft wat last van droge ogen en mag dus niet te lang naar een schermpje zitten kijken. En dus neem ik als een liefhebbende broer over. En wie gaat anders jullie anders verder vertellen :)

Waar liet hij jullie achter? Op weg naar Fin del Mundo. Letterlijk het einde van de wereld. En soms, weet je, overdrijven ze niet in het Spaans.

We reden ondertussen over de Panamericana, een weg die van het noorden van Alaska tot hier in Vuurland - Tierra del Fuego - loopt. En we waren op weg naar het einde van de weg, want verder dan hier kon je niet. 

Enkele dagen geleden hebben we trouwens ook deze weg gebruikt. Tussen Puerto Montt en Puerto Varas. Maar daar was het een pseudo-autostrade. Hier waande je eerder in de bossen van ... Alaska of Canada.

Boenk boenk boenk.

Ik gilde het stilletjes uit. Auw pijn poep.. ik ga eens in Belgie terug een maagvergroting vragen, want die bulten doen pijn om mijn beentjes zonder vet.

We waren beland in het Nationaal Park Tierra del Fuego. En per decreet was de Panamericana hier niet geasfalteerd. En zo was het laatste stukje een beetje zoals het eerste stukje in Alaska, een sintelbaan berijdbaar in de zomer en een ideale snowscooter-piste in de winter.

We volgden een locaal riviertje waar rarara regelmatig volledig uitgedroogde bomen langs stonden. Nochtans aan water geen gebrek zou je denken. Wat bleek? Zoals de Australiërs een konijnenplaag hebben, hebben ze op Vuurland een beverplaag. Elk riviertje, elk moerasje of stukje vlak land, werd aangeslagen door deze bevers en onder water gezet. Met de bedoeling dat de bomen staande stierven om zo voor bouwmateriaal en eten te zorgen. 

Grrr. Bevers zijn zo erg als mensen bijna. En in België vindt Natuurpunt dat die beestjes moeten beschermd worden. Hier gaat men er anders mee om. In de komende vijf jaar wordt tot twee derde van de bevers afgeschoten. Pief poef paf, gedaan. In de hoop dat de natuur zich kan herstellen.

Boenk Auw Auw boenk.

Aan het gebotst kwam een einde want er was geen weg meer. We waren op het Einde van de Wereld. 

We mochten allemaal uit de bus. Het waaide nog altijd deftig maar de wind had de wolken weggejaagd en voor een minuutje kon je denken dat het aan het zomeren was. Het zicht was wel fantastisch. 



Er stonden zelfs enkele Brazilianen die speciaal met de motor helemaal tot hier waren gekomen. Misschien moet ik mijn baasje nog eens een moto-cursus kado laten doen. Dan kunnen we nog eens tot hier terugkomen. De motor was alleszins ok, het waren allemaal BMW G/S’en. 

Na wat fotootjes was het tijd om voor te rijden naar de tweede attractie. We reden tot het meer Lago Roca. Dat meer deed me dadelijk denken aan het Lake Louise dat ik bij mijn eerste cruise in Amerika met de trein bezocht heb. (Tip: lees mijn verhaaltjes van mei 2009) Alleen was er hier geen hoge berg met een gletsjer op het einde maar wel nog meer bergen en zelfs een ander land, want de grens met Chili liep dwars door het meer. 

En voor een keer zagen we ook eens wat beestjes. Op het strand waren zwaluwen laag over de keitjes aan het vliegen jagend op muggetjes of vliegjes. Zoals zwaluwen bij ons doen als het gaat onweren. Maar hier moeten ze het doen omdat de vliegjes enkel laag tegen de grond blijven vliegen, anders waaien ze weg. En we zagen nog een tweede soort vogel. Dat was wel een rare. Het was een mama met jonge vogel in opleiding, een jagersoort waarvan ik de naam al vergeten ben. Maar de vogels hadden geen schrik van mensen. Je kan op je gemak tot wel twee meter dicht komen. Neen, ik mocht dat niet want stel dat ze me als prooi zouden herkennen. Oeioeioeioei. 

Iedereen vond het meer minstens zo mooi als de baai. Onze gids was heel content. 

Op de heenweg had Peterke trouwens ook nog wat Ibissen gespot. Daar werd op de terugweg een speciaal moment voor ingelast. Die leken ook al niet zo bang van mensen. Tiens. En ze waren in hun oranje velletje heel fotogeniek. Mijnheer Didier heeft de fotografen terug de boot bus moeten injagen, anders waren we te laat terug voor de boot en dan moesten we straf schrijven. 

Na een bezoek aan het bezoekerscentrum - en vooral de boompjes errond - waren we klaar om de Andes over te trekken. 

Ik hoor daar veel ongeloof.

Maar toch heb ik gelijk hoor. Ik heb niet plots een lange neus a la Pinocchio. 

Nu moet ik heel hard nadenken en mij alles proberen goed te herinneren. Oeioeioei.

De Andes loopt over de volledige lengte van Zuid-Amerika van noord naar zuid. Het begint iets onder het Panama-kanaal en het loopt tot Vuurland en onder water zelfs bijna tot Antantartica. Op sommige plaatsen is het heel hoog, tot wel meer dan zesduizend meter. Maar aan het begin en het einde is het veel minder hoog. In Ecuador (zie mijn verhaaltjes van November 2016) hebben we met veel gepuf en gepiep de doorsteek gemaakt op bijna 4000 meter. Vandaag gaan we over de Garibaldi pas, op 450 meter. En dat is veel gezonder voor de zwakke longetjes van mij en mijn baasje.

Oef, ik denk dat ik alles goed onthouden heb, Nu even uitrusten want van herinneren word je moe.

Niet dat we een twee drie daar waren. Eerst moesten we terug naar Ushuaia en daar terug de Panamericana op richting noord, richting Alaska. 

Onderweg viel mijn broer en zijn baasje prompt in slaap. Tja, dat komt ervan als je altijd voor zes uur moet opstaan. De arme werkmensen. 

De gids was heel trots op de nieuwste industrie in Ushuaia, het wintertoerisme. In de bergen waren verschillende langlauf en alpiene pistes aangelegd met stoelliften en de rest. Alsof we in Zwitserland of Oostenrijk waren. 

Wat ik wel niet kon verstaan waarom de Patagoniers zouden willen gaan skiën in de winter. Want het was hier altijd koud en winderig. Dus ze hadden heel het jaar door wintertoestanden. Maar ik had de slimme Argentijnen onderschat. De skigebieden waren bedoeld voor de Brazilianen want die hebben nergens sneeuw in hun land. En dus komen die in grote vliegtuigen naar hier. En de Patagoniërs? Wel die gaan op vakantie naar Brazilië. Want als alle Brazilianen in Patagonië zijn, dan zijn de stranden in Brazilië leeg. Want geef toe, als je heel het jaar in de kou leeft, dan wil je toch een warme vakantie?

Met al dat geklets van de gids waren we aanbeland op de Mirador del Lago Escondido, een vreselijk lange naam van .. het uitkijkpunt bovenop de pas met een mooi zicht op het Escondido meer, een gletsjermeer zoals je ze wel meer vindt in de bergen onder een bergpas.




Na een winderige fotoshoot - gelukkig hield broer en baas me vast - reden we verder tot aan het meer. Als het niet zo koud was, had ik hier wel een uurtje in de zon kunnen liggen hoor. Maar de wind en de gids hielden me tegen - we moesten op tijd terug zijn bij de boot. 

Na een snelle rit terug stond de Gendarmeria ons beneden op te wachten aan Ushuaia. Oei. Zouden we in het cachot vliegen? Vliegensvlug deden we allemaal onze veilighsgordel aan. Maar uiteindelijk was het een storm in een glas water. De chauffeur moest zijn papieren laten zien en we mochten voort naar de boot. 

Laatste wapenfeit was nog droog op de boot te geraken. Want op de pier vloog je van de wind terug aan land, als je niet hard oplette. 

En of er wind was. Rond zes was er een speciale mededeling van de kapitein. De haven was gesloten wegens teveel wind. En niemand mocht er in of uit. 

Uiteindelijk voeren we slechts weg tijdens het avondeten. Op weg naar Kaap Hoorn, het scheepskerkhof aan de tip van Zuid-Amerika.

Brrr. 

Ver kwamen we niet trouwens. 



Na nog geen uurtje varen moesten we alweer stoppen voor Puerto Williams - de stad aan de zuidelijke Chileense kant van het Beagle kanaal - om onze papieren voor de Kaap in orde te brengen. 

Morgen zijn we aan de Kaap. Hopelijk is het weer een beetje beter.

Sloefie de superblogger 

PS. En wat hebben de Grootvoeters er nu mee te maken? Wel toen de eerste Spanjaarden de Patagoniërs tegenkwamen, dan schrokken ze van een gestalte en vooral van hun grote voeten. En daarom noemt dit hier nuPatagonië, het land van de Grootvoeters.  

zondag 13 januari 2019

T 10 : Low viz in het Beagle Kanaal

Dag allemaal lieve lezertjes,

Hopelijk liggen jullie niet te bibberen onder een dekentje wegens snerpende vrieskou in België. 

Of zijn jullie soms een beetje jaloers omdat wij op het zuidelijk halfrond kunnen genieten van een lekkere warme zomervakantie?

Niet nodig hoor.

Na gisteren een uitzonderlijke dag met veel zon en weinig regen langs de Straat van Magellaan, kwam vandaag de concurrerende route aan de beurt als doorsteek naar de Atlantische Oceaan, het Beagle kanaal. 

De vorige dagen had de Stille Oceaan laten merken dat ie verdomd vaak allesbehalve stil is. Vandaag zouden we door het Beagle Kanaal varen, genoemd naar het legendarische schip van de al even legendarisch Charles Darwin.

Tussen vier en zes in de ochtend had de kapitein ons beloofd om door de Glacier Alley - letterlijk de straat van de gletsjers - te varen. 

Praktisch probleem : zonsopgang was zo geschat rond 5u15.

Het was aan baasje twee om op zijn beurt tegen dan wakker en op te zijn en de kou te trotseren om plaatjes te schieten van deze mooie zeestraat.

Inderdaad beste lezer. Het beginmoment van de dag ging van kwaad naar erger en werd nu op het onchristelijk vroeg uur 5u15 gezet. Zelfs om met de TGV naar Parijs te gaan werken, moet je niet op dat uur opstaan. Grrr. Geeuw. Geeuw.

Maar de kapitein voer sneller dan gepland. We waren in feite al het merendeel van de gletsjers voorbij, toen baasje buiten stond. We zagen er nog twee.

En ook Armand Pien en Frank Deboosere speelden niet mee. Hadden we gisteren een prachtige dag en ver zicht - zelfs wanneer de boot van links naar rechts rolde - nu dat we echt wolken konden missen ... lag de wolkengrens onder de sneeuwgrens. Er was dus niet veel te zien.

Toch hielden mijn baasje en ik toch trouw de wacht want je weet maar nooit of er een plots gat in de bewolking valt of een wonder geschiedt.

Noppes.

Nada.

Nix.

En dan hadden we gisterenavond nog te horen gekregen dat de kapitein een uur vroeger in Ushuaia zou komen. Een Griek, te vroeg. Madre Madonna. 

Om half-zeven heb ik dan maar Google Maps geconsulteerd. Daar waren geen gletsjers meer te zien op de satelietbeelden en dus werd besloten in gemeenschappelijk front om het op te geven en naar binnen te gaan. 

Niet dat er veel te slapen viel want Sloefie wou weten wat we allemaal gezien hadden. En hij wou niet aanvaarden dat we bitter weinig hadden. 

Grrr. 

Vandaag stonden drie dingen op het programma. Een eerste met de volledige groep, een tweede met Sloefie alleen en een derde met een gids.

Na een iets vroeger dan gepland ontbijt - Mijnheer Didier had het bijkomende uur maar voor dertig minuten aangeslagen. We moesten dus maar om half-tien op dek vijf te zijn. Voor een stadswandeling. 

Baasje 1 was wel zo slim om haar badge achter te laten en te vertrekken met badge van baasje 2. Dus baasje 2 crosste naar boven om de badge te gaan halen, terwijl baasje 1 gewoon een nieuwe ging gaan halen bij de klantendienst op dek 3. 

Chaos duidelijk door gebrek aan slaap. Inderdaad beste lezer, ik ben het eens met Uw diagnose. Baasjes, je kan niet zonder maar soms he ...

Gelukkig hadden we allemaal de raad van Tante Kaat Mijnheer Didier opgevolgd en ons als een rolcake verkleed - euh ik bedoel met vele laagjes. Want ........... buiten stond een wind die je een twee drie tot aan het einde van de pier blies. Amai mijn bretellen. Voor ons vandaag waarschijnlijk geen fotoshoot want dan vliegen we een paar kilometer verder.

Vergeleken met Chili stonden hier heel wat meer pseudo-militairen druk niets te doen. Maar zoals zo vaak, veel gefluit maar weinig wol. Het waren dan ook geen para’s. Security in het algemeen was nogal raar. In plaats van door de scanners te lopen, liep je er rond en niemand die zich daar druk over maakte. 

En de meest grappige poster hing op het einde. Het declameerde dat Ushuaia ook de hoofdstad is van de Malvinas. Maar de Engelse noemen dat al tweehonderd jaar de Falklands. De poster was van schaamte in twee gescheurd en hing te flapperen in de wind.

Als eerste bezienswaardigheid gingen we langs een aantal standbeelden. Met uitzondering van onze Adrien - de Gerlache - waren de rest allemaal illustere onbekenden, generaals en kapiteins. Enkel een man met een pet. De eerste vliegende facteur van Argentinië. Ja, met de wind van vanmorgen ben je al snel een vliegende facteur. 

Daarna kwam een lokaal museum aan de beurt over de (dode) inheemse indianen. Maar die waren niet geïnteresseerd in ons want ze deden niet open in het weekend. 

Vervolgens kwamen we in de hoofdstraat uit, genoemd naar Generaal San Martin, de vader des vaderlands en bevrijder van heel zuidelijk Latijns-Amerika. En zo kwamen we dichter en dichter bij doelstelling twee ...

De Hard Rock Cafe !!!! 

We hadden ondertussen bestellingen gekregen van over heel de wereld en we hadden nogal wat tijd nodig om alles te passen en meten en betalen. 

De rest van het groepje trok ondertusssen verder door de winkelstraat. Maar de wind hield lelijk thuis onder de wandelaars en we zagen later het merendeel voor ons te voet naar het schip terug trekken.

Deel drie ging dan om 12u15 beginnen maar dan moesten we wel zorgen voor de interne wensen. En dat was uiteindelijk nogal moeilijk want om half-twaalf gaat het restaurant dicht en wordt het middageten klaargezet. En je kan dan pas eten vanaf de middag. - Tussen twaalf en een, eet iedereen. 

Mijn baasje kon nog niet een selectie meloen redden voor het sluitingsuur - ja ja, zo erg was het gesteld, mijn baasje at fruit - maar de rest moest wachten tot twaalf. De koks waren onverbiddelijk. En mijnheer didier ook. Niet daar om kwart na, niet mee. 

Klokslag twaalf kon iedereen dat aan de slag met nieuw eten. Er werd gespurt naar de kamer voor de fotozak. Er werd teen en tander vergeten. Grrr. 

Maar uiteindelijk stonden we om twintig na beneden op de pier naast een Mercedes busje. Deel drie van Ushuaia kon beginnen. 

Straks meer,

Groote Broer