maandag 6 september 2021

D10 - rije, rije, rije

 Dag lieve lezertjes.

Dienstmededeling: Sloefie heeft protest ingediend tegen Groote Broer. De opmerking van Groote Broer over het gebruik van sjablonen is onjuist. Sloefie merkt op dat het ontbijt altijd op een zelfde manier gebeurt en dat er dus sprake kan zijn van enige herhalingen in de teksten. Deze herhalingen - sleur betiteld door G.B. - zijn onvermijdelijk wanneer er geen variatie is in het ontbijt. Beide broers hebben de discussie besloten met een rondje pootworstelen en een goeie knuffel.

Ondertussen … in dag 10 …

Wegens bovengenoemde redenen wordt het ontbijt niet besproken. (Je kan al raden wat er gebeurde).

Vandaag moesten we dus afscheid nemen van onze Agriturismo in Gravedona en vertrekken naar de voet van de bergen - Piemonte zoals dat hier genoemd wordt.

We hadden gisteren al wat gespeurd naar een drinkplaats voor beemer en rugbreker. Dat zouden we doen net voor we de autostrada opreden.

Maar eerst moesten we daar nog geraken …

Met enige moeite - teveel verkeer - konden we de weg oprijden naar het Zuiden. Rond het meer heb je niet veel keuze om te rijden. Er is maar een weg. Dus rijdt iedereen daarop. Gelukkig was er nog geen bunkabunka gebeurd … mis poes … na een van de lange tunnels stonden de Carabinieri het verkeer te regelen na een frontale botsing. Hoe dat mogelijk is op een stuk weg waar je kilometers lang niet mag inhalen, Joost mag het weten. 

Wanneer er tunnels waren, schoot het goed op. Wanneer er geen tunnels waren, schoot het traag op. Ik hoefde alleen maar op de baan voor mij te letten maar baasje moest ook de weg achter beemer in de gaten houden. Want Italianen op twee wielen trekken zich niets aan van de verkeersregels en halen zelfs in scherpe bochten in waar je geen zicht hebt.

De GPS-dames waren het een hele tijd niet eens over de rit maar na een tijdje werd het stil. Beemer gaf af en toe een kuchje dat ie honger had en dus begon ik uit te kijken naar een drinkplaats. En ik moest ook nog ruggenbreker in het oog houden. Vermoeiend.

En dan was ruggenbreker plots weg en GPS dames stuurde mij volledig in de war. Een twee drie zaten we op de snelweg, in de file, wegens wegenwerken.

Pfff.

Tegen zestig gingen we tunnel in, tunnel uit. Tot we eindelijk aan de peage kwamen.

Plots waren alle auto’s verdwenen. Hé. 

Na een kwartiertje telefoon. Sloefie. Hoe we moesten rijden. Euh. Immer gerade aus? 

Enfin, we kozen de juiste bocht en reden verder naar het zuiden.

Na nog een peage, lag beemer plots op kop. Voorzeker een duister plan van Sloefie want zo moest ie alleen maar volgen. Ha.

Door allerhande werken was het een beetje zoeken - de dames wisten van toet of vonden dat we beter niet reden langs waar ze ons een half uur geleden stuurden . Vermoeiend want daardoor viel al het genavigeer op mij. Pfff. Ik kreeg het er warm van.

Ondertussen hadden we beemer al eens laten drinken - de baasjes waren later verontwaardigd over de hoge prijs. Nu was het tijd voor het buikje van de baasjes.

We kozen een groot restaurant boven de autoweg uit als peuzelplaats. Enkel Doortje hield het Italiaans, de rest ging voor de burgerij. Zonder frietjes. Pfff.

En dan was het terug rije, rije, rije op een quasi lege autostrade. Af en toe werden we ingehaald door een sneltrein. De rapido van Milaan naar Turijn was naast de autoweg gelegd. 

En rije, rije, rije. Ik verhuisde naar de zetel want ik begin een beetje hoofdpijn te krijgen van de zon.

EN dan was daar plots de afrit. Een nogal rare want je kon er maar in een richting verder tot aan een groot rondpunt en dan moest je helemaal terug. Raar hoor.

Verder reden we over stoffige straatjes. En het begon ook te kronkelen. Jipie, dacht ik.

Tot een van de GPS madammen het weer in haar hoofd kreeg en ons een stoffige straat op stuurde. We vertrouwden het niet en keerden maar daardoor lag Sloefie terug op kop.

Gelukkig waren we na tien minuutjes toch op het juiste adres.

Alleen was het hier warm, warm, warm.

Pfff.

Pfff.

Geen grote wandeling meer vandaag.

Straks is het avondeten. Wat zou er voor ons bij zijn?

Oh ja, er zijn hier ook hondjes en katten. En de hondjes kunnen hier leren truffel te vinden. Zouden Sloefie en ik dat ook kunnen?

Tot morgen of zo,

G.B.

zondag 5 september 2021

D9 - Een gezegende dag

 Dag allemaal,

Jullie kennen de planning nu wel al ondertussen. 

Geeuwen, nog eens omdraaien, wachten op de wekker die toch afstaat, wasje, plasje, …

Hebben jullie trouwens gemerkt dat mijn lieve broer met een sjabloon werkt voor de ochtend. Gewoon wat  woordjes verschuiven en je hebt een nieuwe ochtend. Zou dit een begin van sleur zijn?

Enfin. Vandaag was onze laatste volle dag aan het Lago di Como. We gingen er nog eens invliegen dus.

Enkele dagen geleden, op weg naar Leggoland euh Lecco en Nona, waren we al eens gestopt voor een mooie fotoshoot aan de poort van een oude abdij. Vandaag gingen we beewegen naar deze abdij, de Abbazia di Piona, een cistercienzer abdij op het tippetje van een schiereiland recht tegenover onze slaapplaats. 

Vandaag dus het betere werk.

Eerst gingen we zien of we voor de Heilige Rita een kaarsje konden aansteken in de kerk. Allez, eerst. Na een kilometer op piepkleine kinderkopjes naar beneden gestruikeld te zijn. Mijn baasje was niet tot aan de parking van de abdij gereden, want dan zouden we straks sneller aan de auto zijn. Ik zoek een emoji met palm-face, maar vind het niet op de nieuwe aaipad.

Volgende stap: door de abdijpoort. Zijn niet toeglaten: blote buiken (m/v) en blote benen (m)> dat laatste snap ik niet. Desalniettemin wandelden we door de poort met onze onkuise blote benen - verloren slagvelden met muggen zou een betere omschrijving zijn.

Na de poort, nog verder dalen en dan naar omhoog.

Als eerste gingen we effe piepen in de kerk en de kloostergang. 

Fris in de zomer en kil in de winter, de open kloostergang en tuin

Daarna gingen we ook nog eens in de refter piepen - geen Westvleteren te bespeuren, laat staan een stukje oud brood. En dan waren we terug buiten. We wandelende nog tot aan de rusttuin beneden aan het water en dan … begonnen we aan de klim die wel een eeuw leek te duren. 

Eerst was het nog makkelijk want we liepen op de keienkopjes naar de poort, dan was het struikelen over wortels, stenen en andermans wandelstokken. Nona had de kop maar zonder kaart kom je wel niet ver. 

Om de vijf minuten was er overleg. Zo ging dat echt niet vooruit he baasjes!

De leidster wou telkens het makkelijkere pad kiezen maar de kaart koos telkens de moeilijke. 

Puf puf puf puf.

Tiens, dat heb ik nog al eens over geschreven.

Puf, puf, puf, puf. Hehe. 

Vals plat. Murhpy lachte in zijn vuistje.

Op sommige plekken was het ferm steil. Op sommige plekken was het ferm nauw. Op sommige plekken werden gilletjes gekreet.

En zo gingen we alsmaar verder, overleggend bij elke splitsing of ontbrekend bord.

Ik kreeg ik het ook effe benauwd wanneer mijn baasje met rugzak en mij door de struiken dook. Maar kijk er was een mooi uitzicht op een kleine baai en hij wou eens zien hoe ver de top nog was … nog 15 meter omhoog.

Vanaf nou gingen we al wat makkelijker verder. Er waren regelmatig wijzerplaatsjes en iedereen was gerust. 

Tot de plaatsjes terug verdwenen.

Oh ja. Sommige plaatjes spraken over kletterplatz en we kwamen ook wat met mensen met touwen en helmen tegen die de rotsen gingen afdalen. Dan toch liever de lange weg te poot hoor.

ook de discussies over het te volgen pad waren terug. Pfff. Gewoon je neus volgen toch. Een pad met welriekende bomen, is veelbezocht en een aanrader.

Mijn baasje heeft een verstopte neus, dus gingen we een totaal andere weg - maar wel goedgekeurd door het plan. Na wel honderd treden kwamen we in een donker bos.

Boe, riep ik, maar er was niemand die antwoorde. 

Na een goeie kilometer knipoogde beemer naar mij. Gelukkig had mijn baasje halverwege de wandeling geparkeerd. 


En dan moesten we nog eten.

Door al dat overleg was het al twee uur voorbij. En de baasjes gingen in kolieken eten. Ik ben wel geen paard, maar het idee stond me toch niet aan. Bleek dat ze gingen eten in Colico. Wie kiest nu zo een naam voor een stad?

Doortje had duidelijk iets mispeuterd want we moesten wel vijf keer vragen of ze haar banana-spit kreeg. We vonden dat heel erg. Want we hadden graag ook een ijsbolletje geproefd.

Dan was het tijd om wat te slapen en dan was het tijd voor het laatste avondmaal, de volle drie gangen met wijn en plezier. 

En dan was het slapenstijd. Had ik tot nu de afstandsbediening van de TV verstopt … te laat baasje had de TV opgezet. Om half elf bleven de lichten aan.

Morgen autorijden . Pfff

Broer


zaterdag 4 september 2021

D8 - not my casa

Hey hey, 

Dag lieve dierenvrienden,


Deze ochtend was er al kabaal in de kamer voor de lawaaimaker.

Zouden ze zooo vroeg al uitgeslapen zijn.

IK WIL NOG SLAPEN.

Oef, was vals alarm.

Na een toilet pauze, we beginnen aan deel 2 van de nacht.

Maar ik kon niet meer slapen en kroop naar het terras.

Goede morgen vogeltjes in de verte.

Dag meneer de krekel

Oh zie een vleermuis die zich terug naar huis haaste.


Nadat iedereen zijn ochtendwasje gedaan had, konden we eindelijk ontbijten..

Een lekker scrabbled eggs met een broodje en dat afgewerkt met een lactose vrije cappuccino.

Oh dat was lekker.


Geen overleg deze ochtend wat de planning werd.

Ah neen… 

Baasje had eergisteren ticketjes gekocht voor een of andere villa en tuin.

Ik was zo benieuwd naar de verschillende boompjes.


Om 10u werd de Beemer opgestart.

Steven draaide veel aan het Wieleke en Beemer speelde met de lichtjes.

Tunnel in lichtjes aan

Tunnel uit lichtjes uit

Tunnel in lichtjes aan

….

En zo ging dat maar door.


Blaf links blaf.

Groote broer had goed opgelet.

Hij was de eerste die het pijltje van de villa had zien staan : Villa del Balbianello

We vonden de parking en wat bleek : er was nog net 1 plaatsje.

Wandelschoenen aan

Drinkzak in rugzak.

Mimi en ik vonden ook nog een vrij zakje.

OEF 

Wij moeten niet klimmen vandaag.


Altijd hoger


Na een half uurtje gestaag klimmen kwamen we aan een hek.

Zouden die geweten hebben dat wij kwamen.

Ze zeiden immers “Beware of the dogs”

Maar we bleven rustig en braaf zitten.

De dragers gingen verder.

Weer een groot hek.

Maar deze keer stonden er mensen.


Paspoort 

HEIN?!

We zijn toch nog in Italie.

Dan moeten we ons paspoort toch niet hebben.

Paspoort

en nog met extra nadruk vaccination paspoort.

AHA

Datte

Hij wil het cerficaat van volledige vacinatie zien.

Zeg dat dan gewoon en roep niet gewoon PASPOORT !?!


We kregen een slot aangewezen om samen met de gids de casa bambino te bezoeken.

Dit betekende dat we voordien de tuin konden besnuffelen.

Boompjes in overvloed.

Ze hadden allemaal hun eigen reukje en prikdingen.

Maar wat het rare was aan heel die tuin, was dat die Verticaal stond.

Wij kenden enkel tuinen die horizontaal uitgetekend zijn.

Deze tuin was echter omgekeerd getekend.

Ah ja.. 

De berg was grote spelbreker voor de normale tuin.






Eindelijk

We konden beginnen luisteren naar de gids.

Direct werden er interessante mededingen gegeven.

In la casa was een deel van de fims “Casino Royal”  en “Star wars” opgenomen.

Nu welke juist van de honderdduizend StarWars films weet niet goed meer, ze heeft het gezegd maar op zijn Italiaans.


De meneer die eigenaar was - hij is nu dood - was een echte wereldreiziger.

Hij had zowel de Everest beklommen als de Noordpool overgestoken.


Neen. Het is niet Dancekoer dat hier woonde, maar een andere rijkere meneer.

We bezochten zijn villa met 6 verdiepingen en 2 verborgen doorgangen.

Hij wou zeker zijn dat hij steeds kon ontsnappen als er iemand stout zou binnendringen.


De bibliotheek en de geheime trap.


Eens we terug aan het hek van de casa stonden was er overleg.

Zij die nog niet moe zijn moesten Groote broer en Steven volgen.

De andere mochten Sandra en mij volgen.

Steven ging immers de lange tocht naar beneden wandelen en wij namen de normale weg terug.

Steven is dan maar in zijn eentje vertrokken want alle dames gingen de makkelijke weg nemen. (Nvdr. De lange weg naar beneden was vooral een steile weg naar boven over wortels en afbrekende rotsen.)


Eens beneden nam ik het voortouw.

Ik had immers vreselijke dorst gekregen van steeds in de zak te zitten meewandelen.

Ik stelde voor om de pier verder te wandelen tot de eerste bar.

En BINGO

Snel nam ik de aaaimobiel van Sandra, nam enkele foto’s en stuurde Steven het bericht de foto’s te volgen.

We zaten nog maar net aan een tafeltje neer en daar was Groote broer al.


O my god.

Die hebben gevlogen denk ik.

Het traject dat normaal nog zo lang was, hebben ze eigenlijk evensnel afgelegd als wij.

PFFFFF


Toen iedereen terug wat energie had, keerden we terug naar het anti-toeristimus.

Daar ging ieder zijn weg : Oma-grootmoeder-meter ging wat rusten, Steven ging wat aaaipadden en mijn baasjes gingen wat in het water plonsen.


BRRRR


Wat was het weer koud water.

Na een half uurtje was OMG al terug buiten, ze wou wat van het mooie weer genieten.

Steven was een boompje aan het bedromen.

En de baasjes hadden alles bijeengenomen want gingen eens het bubbelbad van B&B testen.


Zoals steeds was het appel om 19u.

Eerst nog een aperitiefje en een spelletje met Lilly.

En dan was het weer smullen van de brokjes en vleesjes.


Enkel bij oma Rita ben ik niet gaan bedelen.

Zij had immers visjes gekregen om op te peuzelen.

Ale, dat is toch geen eten.

Maar blijkbaar vond ze het toch lekker want ze at alles op.


Na het eten werd er nog snel overlegd over wat we morgen zouden doen.

We hadden al een paar maal verteld over een abdij en nu moesten we ze maar eens tonen zei oma.

Dus plan voor morgen was klaar.


Slaapkleertjes werden aangedaan.

Tandjes werden gepoetst.

En terwijl de baasjes nog even een aflevering van teen-of-tanden zaten te bekijken, ben ik maar beginnen werken. 

    [_] Thuis

    [_] Familie

Blijkbaar hebben we goed getimed want ik zie net de aftiteling verschijnen.


JIPIE

Samen de oogjes toe doen.


Slaapwel 


De wandelende blogger Sloefie

vrijdag 3 september 2021

D7 Rondje rond de kerktoren, rondje rond het meer

Dag beste lezers en lezeressen,


Vakantie, ik zou er wel aan kunnen wennen.


Traag wakker worden, tafeltje dat al mooi gedekt staat, geen alarmen of andere ondingen. Hehe.


Alleen zijn er wel die muggen ‘s nachts. Niet dat ik er last van heb. Ik heb een dik vel en weinig bloed, dus niet echt top of the list van het nachtelijke menu van de plaatselijke muggen. Mijn baasje daarentegen, die draait en keert en slaat een hele nacht door maar ‘s morgens zie je waar de muggen toch gescoord hebben. 


Technologie gebruiken, zegt u mevrouw. Maar ach we zijn naar hier gekomen voor de natuur en de gezonde lucht. Dan kan je toch geen gifmenger in de stekker steken!


Het plan voor vandaag? 


Eerst gaan we een korte wandeling doen rond een kerktoren hoog boven Menagio - hopelijk vinden de baasjes tijd om in de haven terug te stoppen voor een lekkere ijsthee zoals enkele dagen geleden - en dan een rondje rond een meertje dat boven op de pas tussen het Lago di Lugano en het Lago di Como ligt. Gezien de nachtelijke veldslagen met muggen groot en klein, leek dit niet zo een goed idee voor ons pluchen maar he, het zijn onze armen en benen niet die er uitzien als een berglandschap van rode puntjes.


Na nog een plasje en wat gerommel in de koffer, waren we klaar voor de grote rit van dertig minuten. Tot Menagio was er weinig te beleven. Er waren geen accidenten en reuzefiles in tunnels te rapporten. Baasje was wel een beetje verstrooid. Hij volgde de zelfde route als de vorige dag. Jipie, krijgen we eerst een ijsthee? 


Maar Sandra had het in de mot en stuurde ons dan toch de juiste bergweg op. 


Dit werd dan de eerste bergrit voor Nona. Nog niet zo spectaculair als de Splugen op zaterdag maar toch genoeg voor eerste kreetjes. Maar ze hoefde niet bang te zijn, we hielden haar hand vast - we waren speciaal daarvoor achteraan gaan zitten ipv met onze neus tegen de voorruit. 


We hoefden ons niet te haasten want de lokale bus was voor ons uit aan het rijden. En we hadden ook geen afspraak met de pastoor. Dus beemer kon het rustigaan doen. 


De wandeling dan. Naar het kapelletje van San Domenica. Dachten we dat we alles in handen konden laten van de baasjes … neen dus. Na nog maar dertig meter waren ze de weg kwijt. Allez, wisten ze niet hoe het verder moest. Moesten we nu links of moesten we nu rechts? Wel links liep omlaag en rechts omhoog. Links is dus verleidelijk om te volgen. EN dus neem je rechts. Want na een eerste inspanning is de afdaling des te leuker. Dat is domme pluchen wandellogica. 


Na vijf minuten waren ook de baasjes er van overtuigd. Pfff.


Na een flinke kilometer stijgen door het bos, alweer twee bordjes en een dilemma - tiens trilemma bestaat dat ook ? En gooi je dan ook kop of munt ? - plots was er een tweede heilige in het spel gekomen. 


Die tweede heilige had ook een kapel gekregen en die zagen we al staan. Voor de fotograferende baasjes leek dat alleszins een leuke plek. En dus gingen we eerst naar daar. 


Het eerste stukje was vlak. Maar daarna … wel honderd treden recht naar boven. Alsof we de trappen van Montmartre beklommen! Als een stoomtrein (puffend en kreunend dus) ging iedereen naar boven. De pluchen kreunden wat mee want we kregen een darm van de waterzak met elke stap tegen onze neus. Niet leuk!




Maar het uitzicht was wel heel heel mooi. Je zag helemaal het meer tot bijna in Como - had er niet zoveel smog of vocht in de lucht gehangen. 


En weet je wat ook nog goed nieuws was? Om verder te gaan mochten we de honderd treden terug aflopen. Jipie. Goed voor de knieen van de baasjes. Hihi.


We gingen tot aan het trilemma en kozen nu de pijltjes naar San Domenica naar omhoog. Gelukkig hadden we Sandra mee. Met haar scherpe ogen had ze verse krokkebazen zien hangen boven het pad en met haar lange armen kon ze er ook aan. We smulden er allemaal van. Hmmm. Lekker, zo’n verboden vrucht. 


Ondertussen waren we Nona wel uit het oog verloren. Maar ver kon ze niet lopen want er was maar een pad. 




We vonden haar terug aan het kapelletje van San Domenico, druk in gesprek met een Zwitser. San Domenico had een heel mooi plekje gekregen voor zijn kapelletje met een schitterend uitzicht over het meer. Maar je kan wel best niet teveel grappa of vino gedronken hebben op weg naar hier want het was nogal steil naar beneden als je verkeerd wandelde. 


Vanaf hier was het dan heuvelafwaarts naar de tuut terug. Mijn baasje vond het allemaal wat traag. En we liepen dan wel onder de bomen, maar ik denk dat hij ergens een zonneslag had gekregen. Want hij besloot nog eens naar boven te klimmen tot aan de andere heilige. Poco loco zijn die home sapiens sapiens soms. 


Ik ging natuurlijk mee want ik kon niet op tijd uit de rugzak. 


Tik tik tik tiiik. Dat is niet de vijfde van Beethoven maar het getik van de wandelstok op de stenen in het pad. Vanaf de kapel liep een stenen pad terug naar de parking. En, slim gezien, zo wisten wij al dat er ook een herberg was in het klein plaatsje. Daar zouden we dan ons buikje kunnen vullen alvorens naar de volgende wandeling te rijden.


En of de buikjes gevuld waren! Mijn baasje koos een pizza … met vis !!! Ansjo-vis. Voor de derde dag op rij. Zou hij een vergelijkende studie aan het maken zijn? Nona had beter gekozen. Een supergrote bistecca. Met dan nog een selectie groenten erbij. En het was allemaal op, met krot en mot. Wij hondjes keken heel sip. Hadden we toch gehoopt op een klein repeltje vlees, liefst met een beetje sappig vet er nog aan. Snif. 


Geen ijsthee gekregen. Geen vleesje gekregen. Snif, snif. 


Na nog een koffie en dessert (ook dat nog!) waren we klaar om met beemer naar de Lago Piano te rijden. Zouden ze daar ook concerten geven? Met die naam moet dat toch.


Na een half uurtje bochtenwerk om terug te rijden naar Menaggio en dan verder naar Lugano, kwamen we aan in Piano Piano of zo iets. Alleen waren alle leuke plekjes ingenomen door campings. En moesten we dus op zoek naar een plaatsje voor beemer want die mocht niet mee op de wandeling. Uiteindelijk vonden we een plek net naast de hoofdweg.


En dan waren we terug op weg voor de tweede wandeling. Vanmorgen was het een op en neer wandelen. Deze zou een vlakke bedoening worden … dachten we. 


Het eerste stuk was heel makkelijk langs de oever van het meer. We zwaaiden naar de eendjes en de futen die leerden duiken. Maar ze moesten te goed opletten en ze zwaaiden niet terug.


Samen met mijn baasje liep ik in de voorhoede. Maar blijkbaar hadden we niet onze goeie ogen mee. We hadden het papiertje links van de weg niet opgemerkt en baasje liep a grande vitesse verkeerd. Maar wat geroep en gezwaai bracht ons terug op het juiste pad.



Wat was het plan?


Dat pad zwabberde tussen de bomen en modderpoeltjes door. Als ik mijn pootjes maar proper hou, dacht ik. Na een halve kilometer draaide het pad plots naar omhoog, weg van het meer. Wijzer (nou ja) geworden van de vorige gemiste afslag, bleven we wachten tot iedereen aansloot.


Hehe we waren toch op het goeie pad volgens komoor of zo. Het pad ging verder over boomwortels en stenen tot aan een oude stenen muur. Blijkbaar moesten we nog verder naar het westen tot we aan een straat kwamen. 


Erg populair was het wandelpad niet. We kwamen echt niemand tegen tot we aan de eerste huisjes kwamen … een oude versterkte hoeve uit misschien wel Romeinse tijd. Maar geen straat te bespeuren. En dus gingen we maar verder en verder, over een oude kasseiweg. Ouw. 


Eindelijk een straat. We konden even rusten naast een drenkbak met stinkend water. We hadden wel zin in fris maar toch maar liever niet. 


Na een tien minuten was de wandelploeg compleet. En was de vraag wat nu.


Uiteindelijk werd beslist om de voorgestelde wandeling niet meer verder te volgen. Sommige mensen hadden graag een boompje gevonden of een drankje. En dus werd langs een fietspad terug naar Piano Piano gelopen. Dit bleek trouwens een oude spoorweg te zijn, lekker vlak en zonder wortels of afbrekende stenen. We hadden daar al een deel van gedaan trouwens, toen mijn baasje de afslag miste.


Na een noodboompje kwamen we terug aan de auto. We hadden gehoopt op een afspanning met een flinke frisse pint, maar in Piano Piano was er enkel een louche Thaise bar. En je kon er zelfs niet buiten zitten. 


Dus terug naar Menaggio. In de file. Met zotte Italianen op twee wielen voor wie een doorlopende lijn alleen maar een aanduiding is tussen auto’s (rechts) en moto’s (links). Dat er ook tegenliggers waren op de linkse vak, was een detail of een fiat-divers zoals een oud-burgemeester van Brussel ooit zei.


we moesten zelfs een stukje terug. Niet omdat baasje verkeerd reed maar drie vrachtwagens moesten elkaar passeren in een haarspeldbocht en dat is niet makkelijk.


En hadden Sloefie en ik nog gehoopt op een tussenstop in Menaggio voor een ijsthee… Noppes. We doken de tunnel in en reden naar het hotel. 


Iedereen leek een beetje op.


Wat zou morgen ons brengen?

donderdag 2 september 2021

D6 - Bellagio

Hallo België (en alle andere landen),


Hier ben ik weer.

Gisteren had ik een dagje verlof.

Gelukkig nam broer het dan van mij over.


Deze ochtend werden we wakker met de lawaaimaker.

Ik vraag me echt af of we eens zonder wekker mogen wakker worden…

Want dit is niet echt verlof

Toch?


Na onze brokjes, sapjes, eitjes en lekkere koffies waren we klaar voor de dag.

Eerste job : op het terras beslissen waar we naar toe zouden gaan.

Na enkele minuten was er een consensus.

We zouden eens de veerboot nemen naar Bellagio.

Neen niet naar Vegas.

Daar is ook wel een Bellagio, maar deze keer was het een stad in Italië.

Steven stelde voor om te rijden en dus namen we de Beemer.

Na een kwartiertje was het en bleef het donker.

We stonden in file in een of andere tunnel.

PFFFF 

Een Tunnel is toch donker hoor.

Na een half uurtje tuffen zagen we de oorzaak van de file.

Een BMW, neen niet Beemer, had een kusje gegeven aan de muur.

Oma-grootmoeder-meter vertelde dat die auto er niet goed uitzag.

Zolang de bestuurder er nog goed uitziet, is het oké dacht ik.

Na nog wat bochtenwerk kwamen we aan in Melk-a-go.


JIPIE

Hondjes mogen mee op de veerboot.

We konden dus in alle fierheid genieten van het windje in onze manen.

In Bellagio dronken we eerst een lekker drankje.

Neen niet omdat we dorst hadden, maar wel om wat plaats te maken voor het drankje.

Ale zo is ons het uitgelegd.




En toen begonnen we aan onze wandeling.

We hadden op Komoot een toffe wandeling gevonden.

Deze doorkruiste het stadje via allemaal kleine steegjes met kasseien.

Doortje had ons gewaarschuwd, maar dat het zooo veel trappen waren hadden we niet echt door.

Gelukkig deden de dragers al het zware werk en konden de pelouchen gewoon genieten.

Na een uurtje klimmen en dalen, begon het pad vlakker te worden.

We zagen ook meer bomen opduiken, die we dan ook even keurden van dichtbij.

De baasjes hadden ook wat honger.

Na een snel toast ging de wandeling verder.

We kwamen aan bij een chique villa.

Daar mochten we in de tuin wandelen, spelen en bewonderen.

Steven ging even op een ander pad de tuin onderzoeken, maar we vonden elkaar wel weer terug hoor.

OEF





Na dat we buitenkwamen vonden we dat we genoeg hadden gewandeld.

Eerst boot en dan drankje of was het eerst drankje en dan boot.

Dat werd het onderwerp van gesprek in de laatste kilometer.

Mimi onthield zich en dus zaten we in een vast dilemma : 3 - 3 .

En dan zei Mimi plots : KIJK de boot is daar al.

Tja

Dan was het natuurlijk snel beslist.


Maar slecht nieuws. De boot was vol. En we moesten naar kaai 4 en wij waren op kaai 1.



Iedereen begon in een versnelling sneller te wandelen; Doortje moest bijna lopen om iedereen bij te houden.  

Steven ging snel door om de boot al te laten weten dat we kwamen, zodat wij ons iets rustiger konden haasten.

YEP, we made it . Can we go again. ?!

Groote broer wou nog eens bootje varen denk ik.

Daar we onze aperitief niet voor de boot hadden gekregen, gingen we op zoek naar een cafe.

Oma zag een tof terras en ging direct binnen.

Oh het is een hotel.

Tja en dan

“Kunnen we iets drinken?”

Ja zeker…

Iedereen nam een lekkere cocktail : ja ja er werd een LIIT genomen.

De pelouchen hielden Oma en Doortje gezelschap, terwijl Sandra & Steven Beemer gingen zoeken.

Op de weg terug was het opvallend stil in de auto…


De keuken van onze agri-toeristimus was vanavond gesloten.

We gingen dus moeten elders brokjes zoeken.

Maar blijkbaar waren we niet alleen, want de restaurants/bar/tavernes zaten goed vol.

Gelukkig hadden we al in het stadje gewandeld.

We zijn uiteindelijk in een wijnbar - waar alles behalve wijn werd gedronken - geland en blijkbaar was dat ook de place to be voor de locals.

We namen allemaal een pizza.

Ah ja je moet toch pizza eten wanneer je in Italie bent.

Maar zo lang dat het duurde en we hadden zo veel honger.

Mijn maagje begonnen zelfs luidkeels te knorren.

Ons geduld werd beloond : we kregen een super lekkere pizza.


Eens terug aan he agri-toeristimus ging iedereen snel naar de kamer.

We waren immers allemaal zoo moe.

De tandjes werden gepoetst, de lensjes afgedaan en iedereen kroop in zijn nestje.

Behalve ik…

Ik had writers duty.

Maar nu .. ga ik toch ook dodo doen hoor.

Slaapwel


De bloggende hond

woensdag 1 september 2021

D5 - Driving miss Nona

 Dag lieve lezers overal ter wereld,

Dag vijf is rond en wij zijn compleet.

De ochtendlijke schok was al wat minder. Welke schok? Ah, het ontbreken van wekker en radio en de vers-gesneden frietjes die elke ochtend gehaald of geleverd worden bij de overburen natuurlijk.

Neen, we kwamen maar om kwart na acht uit onze nest, telden het aantal muggenbeten (teveel) en lieten een warme straal water de baasjes wakker maken. Wij pelouchen hebben daar wel een makkelijkere ochtend, we gaan eens om de zoveel maanden in bad, dan zijn we een paar uur zotgedraaid maar dat is het dan.

Wat stond er vandaag op programma? Blijkbaar niet zoveel. Het belangrijkste was om op tijd aan de grote vlieghaven van Milano te staan om Nona op te pikken. En Milaan dat zijn files en vervaarlijke chauffeurs zoals in Strassbourg, dus het was beter als we vandaag al wat naar het zuiden gingen rijden met beemer en ruggenbreker. Dan was de rit wat korter.

Sightseeing dus.

Langs de oost-oever van het meer tot aan de uitloop, Lecco. Het zou een rit worden met mooie uitzichten.

Beemer tufte op een gezapig tempo achter ruggenbreker aan (Sloefie’s lange A6 was zo laag boven de grond dat je elk steentje en elk putje in de weg tot in het toppetje van je ruggenwervels voelt, een echte ruggenbreker dus).

Ah, goed nieuws. De baasjes kozen niet voor de Direttisima. Er was geen haast bij. Later zou ik leren dat de Direttissima (hoe schreef je dat alweer?) vooral tunnels was en razende SUV’s voor wie het nooit snel genoeg ging. Brrr.

We reden langs het water en langs een oude spoorlijn. En soms tussen het water en de spoorlijn. Bochtje naar links, bochtje naar rechts. Dorpje in, dorpje uit.

Ha. Ik was werkloos en kon naar de bloempjes en de plantjes langs de weg kijken. 

Eerste afslag. Abazzia Piona.

Blijkbaar waren we net de overkant van onze slaapplaats en daar lag een oude abdij verborgen in het groen. We gingen vandaag al eens een kijkje nemen en vooral een foto. Misschien komen we die later deze week wel eens bezoeken.

De pluchen lekker genietend van het uitzicht.

Maar we waren hier niet gekomen om naar de overkant van het water te gluren. Sloefie hield vol dat we naar Leggoland gingen. Mimi vond alles goed. En ik, ik zou wel op de weg letten.

Na nog een stapje aan de waterkant voor een panorama-foto, reden we verder van dorpje naar dorpje.

Ik dommelde al snel in slaap. Want we reden en we reden.

In Bellano deden we nog een poging om te stoppen maar verder dan een millimeter-nauwkeurige parkeeer-oefening met beemer aan het station van Bellano, kwamen we niet. 

Het verkeer werd wel drukker en Madam Wees wou ons telkens het kon op de direttisima (hoe schrijf je dat nu?) gooien. Niet leuk zo. Het leek wel de afdaling van de Splugen pas op zondag, mijn lage bloeddruk van vanmorgen was alweer weg. 

Raymond (van het groene bos) zong al over Italianen en ik zat er middenin.

Uiteindelijk kwamen we dan toch aan bij Lecco - Sloefie’s Leggoland was een grote stad met hoge gebouwen en veel auto’s. 

Beemer en ruggenbreker werden gestald in een betonnen bunker en wij mochten op stap. Ha het bakje van de peage werkt hier ook als bakje om de parking te betalen. Hoefde ik geen bewijsje te bewaren. hopelijk komt dit straks goed. 

Na enkele straatjes, kwamen we aan de oever van het meer onder de bomen. Het leek wel de Zurichsee. Hier was het lekker flaneren met alle fijne geuren die van de voeten van de bomen naar omhoog kwamen, van al die hondjes die hier gepasseerd waren. 

Het buikje van de baasjes was een beetje aan het knorren en dus zochten we eerst een lekker restaurant op met een fijn terras en lekker veel zicht op de lokale hondjes die met hun baaasje gingen flaneren op de middag. 

Hmmm.

Oei schok. Zouden we op een terras van de maffia beland zijn? Er zaten veel mannen in pakken met donkere zonnebrillen op. Dat zijn toch altijd de slechteriken in de film he?

Mijn baasje nam een groooote pizza met ansjovis. Pfff. Na het debacle gisteravond met het wachtbordje vis, was dit toch een gewaagde keuze. Maar het was wel lekker want alles was op, op een paar kostjes na. 

En dan gingen we wandelen want Sandra wou de brug over de uitloop van het meer zien. Die was van Eiffel zoals de toren en de andere gekende bruggen in ijzer die meneer Eiffel ooit gebouwd heeft.

Maar deze brug was niet van ijzer maar van steen en als dertien in een dozijn. Pfff. 

We gingen dan maar wat wandelen in de stad. Je voelde je bijna als een toerist in Rome. Maar zonder Vespa’s. 


De rede van Lecco en zicht op de rest van Lago di Como

Na een tijdje rondlopen was het tijd voor een koffie. Ik weet niet wat mijn baasje besteld heeft maar de juffrouw had plots een groot rood hoofd en er werd overal gegniffeld. Wie meer weet, gelieven een berichtje als commentaar te zetten.

Na de lekkere koffie - er waren er die een ijskoffie kregen - gingen we op zoek naar de oude stadsmuren van Lecco en dan was het stilaan tijd om naar de aeroporte te vertrekken. Baasje ging al terug naar Gravedona om nog wat te wandelen met echte wandelschoenen. Maar ik wou oma-grootmoeder verwelkomen in Bella Italia, dus sprong ik bij Sandra&Doortje in de auto.

Ik vertelde sloefie over de handige dingen van de peage-beepbeep bakje en samen plakten we die van Sandra ook goed tegen de venster. Voila, mijn belangrijkste job is al gedaan.

We namen nog kleinere wegen tot Kodak (ofzoiets) en daarna namen we nog een extra pauze. Ah ja, OMG kwam maar om 6u toe en we moesten ook geen uren op voorhand wachtende  zijn.

Eens terug op route begon plots de beepbeep te gaan. Daar ik waakte was oudste in slaap gevallen . Maar de beepbeep maakte  Sloefie  blaffend wakker. Ik stelde hem gerust en vertelde dat we een peage stuk deden en dus dat het bakje wakker was geworden.

Eindelijk mocht de tuut eens meer dan 100 rijden, eindelijk vrijheid … 

Of toch niet..

Daar waren de files weer.

Doortje had de route goed voorbereid want ze loodste ons zo maar naar de beste parking aan de luchthaven. Daar was het wel puzzelen hoe je exact moest rijden.  Ons Italiaans was roestig want we reden uiteindelijk enkele keren in de verkeerde richting (zonder veel erg).

Net op tijd stonden we aan de Arrivi, want daar was Nona… en zoals het Nona toehoort… kregen we extra knuffels. Volgens Nona was het heel warm … Ik vermoed dat wij al geaclimatiaeerd zijn.

En dan begon de terugrit. Die kan ik snel samenvatten : kilometers lange tunnel afgewisseld met een kort zicht op het meer.  Ik voelde dat ik in slaap ging vallen, dus maakte ik Sloefie wakker. Het was nu maar zijn beurt om te waken dat we de juiste baan deden. OMG had zo veel te vertellen dat ik uiteindelijk niet in slaap ben gevallen, maar broer en zus hebben de tuut goed en veilig tot aan de slaapplaats geloodst. Daar vonden we Steven terug en kon ik terug in zijn armen kruipen.

Nona werd verwelkomt door de mevrouw Ca De Laggo en kreeg haar sleutel. 

JIPIE, we slapen allemaal op het 1ste verdiep en allemaal aan de tuin kant.

Daar het al laat was op de avond, zijn we maar direct gaan eten.

MMMM

Lekkere pasta…

En dan was het tijd voor dromenland.

Slaaaapwel