vrijdag 10 juni 2022

Dag 4 - Treintje tot Talkeetna

Goede avond allemaal,

Door de stakingsaanzegging zijn we overgeschakeld tot verkorte verslaggeving!

Deze ochtend was het weer zo ver.
Die verdomde lawaaimaker was om 6u al aan het zagen dat we moesten opstaan.
Met tegenzin kropen we uit ons warm nestje en begonnen we aan onze grote likactie.
Bij de mensen duurt dit toch steeds veel langer dan bij ons. Zij moeten douchen, tandenpoetsen, oortjes uitkuisen, kleren zoeken en aandoen…..
Wij zijn snel klaar met enkele likjes.
De rijdende kleerkasten werden dichtgedaan,
Mimi kon maar net ontsnappen aan de rits van de trolley…
OEF

We dienden geen ontbijt te zoeken want dat gingen we onderweg krijgen.
Hopelijk hebben ze daar lekkere brokjes want in dit hotel was het triestig.
We werden met taxi’s naar het station gebracht.
Wel grappig te zien dat elke taxi een andere tijd nodig had en dus prijskaartje had: sommige namen waarschijnlijk de scenic route.


Eens daar stonden we oog in oog met een blauw stalen ros : Alaska trein. 
Nu een gewone trein mag je het niet noemen want de rijtuigen hebben elk hun eigen naam. 
Het eerste stuk van het treintraject deden we in de Wilderness Express.
Een dubbeldekker : beneden was er een diner ruimte, boven stonden de zetels om te genieten van het uitzicht met het glazen dak.

Tuut tuut
De trein liet weten dat het tijd was.
Het is niet zo als in België dat hij steevast te laat was : om 9u vertrok hij.
We kregen direct uitleg over het reilen en zeilen aan boord.
We werden in groepjes naar beneden geroepen voor lekkere brokjes.
Nadien was het genieten van de natuur.

Plots riep de gids van de trein, Hunter,  vanaf hier uitkijken voor elanden.
Nog geen minuut later stond er in het midden van het veld iets bruin.
Ofwel wisten ze dat dit ding daar stond en niet echt was…
Ofwel was dit pure chance.
Wie zal het zeggen.

Een half uurtje later zagen we dan de berg der bergen : de grote Denali. 
In sommige atlassen ga je die naam echter terugvinden maar wel Mount McKinley.
Terwijl Obama Barack aan de macht was vond hij dat de berg zijn oorspronkelijke naam terug moest krijgen.
We dienden ervan te profiteren want je zag hem niet altijd (volledig) 

Nog een tijdje later waren we aan onze eindbestemming voor vandaag : Talkeetna Depot.
Daar dienden we te wachten op alweer een busje.
Sommige kleerkasten werden uitgeladen en na een tijdje terug ingeladen.
De trein ging terug vertrekken.
Maar dat was buiten Didier gerekend.
Die was aan het praten met de bagage meneren..
En dan begonnen ze terug kleerkasten uit te laden.
Wat bleek :
De groep werd voor de volgende nachten  in 2 gesplitst.
De grootste groep ging naar de Talkeetna lodge.
5 gingen in een ander hotel slapen.
En blijkbaar waren die kleerkasten nog niet uitgeladen of terug ingeladen.
Mensen toch.


We mochten eindelijk weg van het station.
We wandelden eerst op asfalt maar nadien begon de weg meer en meer gewone steenslag te worden.
Je zal het niet geloven maar in de hoofdstraat van het dorpje was het enkel steentjes.
Je leek wel in een typische western film beland.


We wandelden verder tot en eind van de wereld.
We stonden voor een grote wilde rivier.
Op de achtergrond zagen we de grote Denali.
Nadien kregen we vrij om wat eten te zoeken.
Groote broer en Mimi hadden direct een geur opgepikt.
Ik ben al wat ouder en dus mijn reukorgaan is wat minder.
We kozen voor een pizza en kregen zelfs wat randjes.
Mmmmm
Nadat de buikjes vol waren gingen we enkele winkeltjes bekijken.

Om 3u  namen afscheid van de 5 die in het dorp en namen de shuttle naar onze lodge.
Wij kregen nog tamelijk vlot onze kamers ( eentje was klaar,  eentje waren ze nog aan het nakijken)
Maar voor de andere bleek het een groot probleem:
2 koppels die elkaar amper of zelfs niet kenden (en geen deel uitmaakten van de groep) waren ik een kamer voorzien.
 
Dat was al zeker niet de bedoeling !
 
Didier werd opgeroepen want die was in het dorp aan het inchecken.
Ik kweet niet hoe hij het deed, maar met een hondse snelheid stond hij daar plots.
Hij haalde papierwerk boven en begon vriendelijk te onderhandelen.
We wisten dat Superman Didier het onder controle had en dus zijn we op het terras een lekkere LIIT gaan drinken.

 
Na een rustpauze op de kamer hadden we met ons 7 ( OMG, Steven, Doortje, baasje, groote broer, Mimi en ikzelf) afgesproken om 19u.
Groot was onze verbazing toen bleek dat Didier er nog steeds was.
De laatste kamer werd gevonden iets later en de rust keerde na uren terug in het GFC gezelschap.

Wij nuttigden nog een lekkere hamburger en nog betere LIIT.
Dan werd het hoogtijd om onze nestjes op te zoeken want onze interne klok draaide nog steeds zot.
De zon scheen nog toen de baasjes om 11u het licht uit deden.
Ik nam plichtsgetrouw de aaaaipad en begon aan mijn verslag.
Nu ben ik ook moe en ga ik de hondendromen opzoeken

Tot volgende keer

Sloefie de waakhond
PS. De stakingsaanzegging blijft gelden !






Dienstmededeling - Communication de Service


 Bij deze laat de vereniging van pluchen reisdocumentatiehonden weten dat er een officiele aankondiging tot staking uitgesproken is.Naar het voorbeeld van onze collega's bij Brussel Airlines.

Wij hondjes zijn het beu.

Ja, wij zijn het beu.

Elke ochtend voor zes en dauw uit de veren alsof we moeten gaan werken in de mijnen. Dat is geen vakantie, dat is slavenwerk.

Wij eisen het recht op langer uitslapen.

Wij eisen meer vet aan de beentjes die 's avonds van tafel vallen.

Wij eisen lekker frisse LIIT in voldoende hoeveelheid zodat onze inspiratie elke dag voldoende aangevuld wordt. 

Voor Het Comité,

 kameraad Broer, Groot, kameraad Sloefie, klein.

 PS. LIIT is geen frans bed met een schrijffout maar een lekkere long island ijsthee. Met niet teveel ijsblokjes.


 

Dag 3 - Stress, aflevering 3

Dag beste lezertjes en knuffeltjes,

Hier terug GB.

Gisteren konden jullie de verhalen van mijn kleine broer lezen, vandaag mag ik terug opdraven met wat meer Stress-nieuws …

Vandaag werd er alweer gevlogen met name.

En dat betekent heel wat gesleur, gezucht en natuurlijk … stress.

(Een wijze raad van Tante Kaat: wel je minder stress, ga dan gewoon werken of neem vakantie in je tuin. Johan Verminnen heeft daar ook al een liedje over gemaakt.)

En ja, om zes was de telefoon alweer aan het blèren. Niet dat het nodig was, de baasjes waren heel de nacht onrustig geweest en waren natuurlijk voor de bel wakker.

Gepoets, gedouch, gegrom, gepuf, gedurende drie kwartier. Dan waren we klaar om naar de eetkamer te vertrekken.

We zaten in een groot hotel en dus hoopten we op een lekkere grote kluif want we waren met ons drieën toch heel braaf en moedig geweest de laatste dagen.

Het werd in de plaats een beetje geklutst ei, een pare magere reepjes spek en een slappe koffie. Geen materiaal voor een stevige waakhond. De baasjes vonden dat wel fijn, want dat was beter voor de lijn. (Nvdr. We veronderstellen een mooie gekromde lijn. Een rechte lijn vraagt wel wat anders als ontbijt.)

En dan was het wachten op het busje.

Vandaag was het niet de Oekrainse supporter van Standard de Liege als chauffeur. En de bus was duidelijk te koud gewassen want hij was een maatje groter geworden.

Enfin met hulp van de hotelportiers was het busje snel gevuld met bagage en konden we de lange trip naar de luchthaven van Vancouver beginnen. Lang door de files trouwens en omdat je om de honderd meter stil stond voor een rood licht. Stress alsof je naar het werk reed in Brussel met andere woorden.

Enfin, na een half uurtje werd het verkeer vlotter en waren we aan de parking op de luchthaven voor vertrek naar de Ustates Knights (groetjes aan de grote Urbain, de man die Vlaanderen leerde lachen in de parochiezaal).

Faze 1 : alle nodige papieren boven halen.

- Paspoort : check * 4
- Esta : check maar toch niet nodig want alles ging electronisch (en dus gegarandeerd mis)
- Doopbewijs : check * 4, daar hadden we gisteren een uur mee verprutst in het Pacific Center
- Stoelengeldbewijs : check * 4 . Ik zie jullie vragende ogen al.  Ah ja, je moet toch bewijzen dat je een stoel op het vliegtuig hebt betaald. Dus dan is dat toch stoelengeld! Zoals bij een begrafenis in de kerk, zonder stoelengeld geen bidprentje.

Faze 2 : het gevecht met de computers

De vliegtuigmaatschappij wou er zeker van zijn dat we wel welkom waren bij de Yankees. Dus moesten we een computer zo ver krijgen dat ie Yes wou zeggen. (Hoe meer de baasjes van computers afwisten, hoe harder de computer NO!!!! zei.)

Eindelijk was het dan toch voor iedereen gelukt. Alles voor de baasjes, want wij peluchen gingen alweer incognito aan boord.

Faze 3 : lijken we op de Daltons of niet

Huh? Jullie zijn niet in een strip van Lucky Luke belandt. Geen paniek. In grote Canadese luchthavens passeer je de Amerikaanse Immigratiedienst al voor het vertrek. Echt 100% moet het toch nog niet werken als je ziet hoeveel bandieten er in dat land rondlopen. Tot in het Witte Huis toe.

We waren trouwens de groep van vier. (Neen niet de Chinese groep van vier, die ligt al lang onder de zoden). Een agente was zo moedig om ons in een keer te controleren. Dat werd dus rechterpoot scannen, rechterduim scannen, linkerpoot scannen, linkerduim scannen en dan nog een foto voor smoelenboek (of een. Wanted affiche). Alles tezamen een kleine 10 minuten. Sloefie had nog een niesbui maar de mevrouw kon ons niet horen. Gadver, bijna waren we de klos. Sloefie toch.

En dan kwam het land van de vrijheid …

(Neen Frank Vandenbroucke stond niet aan de deur tot de terminal maar het voelde toch zo aan. De maskers mochten af en er mocht terug gelachen worden.

Faze vier : hoe ons meer dan twee uur bezig houden op een afgesloten deel van een luchthaven waar naast sterke drank en sterke parfum shoppen, niet veel te beleven is.

Wel we hadden wel zin in een koffie en zo. Omdat de vlucht maar drie uurtjes (!) zou duren, kregen we ook geen eten aan boord. Dus werden er wat knabbeltjes voor op het vliegtuig ingeslagen. Samen met mijn baasje peuzelde ik al een “Bacon, Gouda & Egg sandwich naar binnen. We stonden wat slapjes op de benen.

En dan maar wachten en wachten en wachten. Eerst in de S*bucks, dan aan de gate 73.

Veel volk leek er gelukkig toch niet te zijn voor de vlucht, misschien kregen we onze eigen zetel.

Faze vijf : aan boord gaan …

Twee dagen geleden was er een kleine schermutseling over plaats voor de handbagage. Vandaag was dat niet nodig. Er was een zee van ruimte.

PANIEK!!!!!!!!!!!!!

Het was een Boeing. Een 737  MAX!!!!!!!!!

Maar die blijven niet in de lucht hangen want hun sturing is zo straf als Emmental kaas.

Zelfs mijn baasje leek er gerust is en die heeft nochtans al veel bugs gevonden en geschreven in zijn leven.

Ik begon alvast met een rozenkrans te zoeken.

Plots kwam nog een hele meute reizigers toe, de vliegtuiten van Montreal en Toronto waren met vertraging geland. Pfff. En plots had je rijen waar er zes mensen naast elkaar zaten en andere met een.

Maar we waren al te laat en de vlieger schoot uit de startblokken.

Maar na tien minuutjes spurten we naar een vrije rij en zo hadden we allemaal wat meer ademruimte.

Zzzzzzzz

Bzzzzzz

Boenk.

PANIEK!!!!!!!!!!

Tis ne MAX, we zijn uit de lucht gevallen!!!! Oei, we waren geland.

Paniek niet nodig dus.

Wachten in de stoel tot het vliegtuig stil stond.

Wachten in de gang tot de deur opengaat.

Wachten aan de bagage tot de koffers er uit komen gevallen.

Wachten aan de bushalte tot er een busje kwam.

Ondertussen was mijn baasje dan toch zenuwachtig geworden. De aaifoon werd uitgezet. En weer aan, En weer uit. En weer aan.

Gadver Proximus. (Een wijze les van een oude werknemer, vertrouwen is goed maar controleren is beter.) En dat had mijn baasje niet gedaan. Foei. Proximus en Alaska? Nog nooit van gehoord mijnheer.

De Oranje mannetjes en vrouwtjes waren wel lekker aan het bellen. Een geluk bij een ongeluk, de gele mannetjes en vrouwtjes konden ook niet bellen.

Gadver, gadver.

Enfin, het buste was er. De chauffeur was niet van Oekraïne maar van de Atabascan people. Een native American dus, in het schoon Vlaams een Indiaan.

En die bracht ons naar het hotel.

Dan was het alweer wachten tot we een plastieken sleutel kregen voor de kamer (een nogal donker geval in typisch jaren ’90 uitvoering).

Dan was het alweer wachten tot iedereen beneden was voor de uitleg van mijnheer Didier.

We gingen een wandeling maken tot aan het standbeeld van Kapitein Cook. Jaja, de kapitein die heel de pacific afgevaren heeft, is ook in Anchorage geweest toen er nog geen ankerplaats was. (Heb je de grap ?)

Allemaal?

Neen hoor. De baasjes hadden snode plannen. Na jaren te zwoegen op BTW en wisselkoersen, waren ze tot de constatie gekomen dat de lokale Apple winkel de goedkoopste was op heel de wereld (geen state tax, geen city tax, nada tax).

En dus werd er gepast en gekeurd en gekocht alsof er geen limiet stond op de kredietkaart.

Ik ben niet zeker maar ik denk dat er ook halsbandjes voor hondjes bij waren. Misschien voor onze verjaardag!

En nu met ik snel stoppen met tikken want er wordt hier geroepen dat het eten en de LIIT klaar staan op tafel.

Tot later alweer als we niet teveel ijsthee hebben gedronken.

GB.



donderdag 9 juni 2022

Dag 3bis - de groet aan James Cook en een beer als kok

Daaag aalllemal,

Den boef was hips heel lekkel, den booz des te meer

Ik spleek een beetje dubbel en ik denk een beetje tripel. Hips.

Waar was ik gebleven? Hips. In de Apple winkel. Hips.

Ah nee. We stonden al op straat met de pakjes. De baasjes waren allemaal blij want ze hadden hun liefste wensen kunnen betalen. Of zo iets.

Maar nu was het ernstig. We. Moesten team Didier terugvinden. Die gingen langs 4th Avenue naar het monument voor de Cook. Nee,  niet die slungel van VT4 maar de Cook die de halve Stille Oceaan in kaart had gebracht en dan in een dronkemansruzie een kopje kleiner werd gemaakt. Die Cook.

En dus werd er stevig de pas ingezet richting het westen.

A Street

B Street

C Street

… je kan het wel raden. Veel inspiratie hebben de stadsplanners hier niet gehad. We moesten tot K Street lopen. Pfff.

Gelukkig werden wij peluchen gedragen en ging het serieus vooruit.

En Joepie, net toen we 4th Avenue en K Street overstaken, dook mijnheer Didier met zijn gevolg op uit de struikjes rond het standbeeld.

We hadden ze gevonden.


Maar we moesten zelf ook wel eens gaan kijken naar de mijnheer Cook natuurlijk.

Na wat foto’s werd de achtervolging ingezet op de rest.

Sloefie had voorgesteld om in een sportsbar te gaan eten - want daar hadden ze altijd malse beentjes - maar ja waar had team Didier zin op.

Blijkbaar hadden ze berenhonger (hihi) want ze stopten aan restaurant Ourso om hem te verdrinken (vooral) en te vullen (de maag dan),

Wij vonden dat geen slecht idee.

Van de eerste minuten herinneren we nog veel geroezemoes en een zelfzekere barmeid.

Van de resterende minuten herinneren we ons …

Het was alleszins lekker … denk ik.

En het bier was ook niet slecht … want ik heb dan toch goed geslapen en het toilet niet veel bezocht .

Buiten was het om middernacht nog altijd heel klaar, de zon was net onder, maar de baasjes lagen al uren onder zeil. En ik ga dat nu ook maar doen. Morgen is het te doen zonder ontbijt en de afspraak is met de trein, als die maar niet zonder ons vertrekt.

M. Vr. gr.

Gr.Br. die toch een beetje hoofdpijn heeft

woensdag 8 juni 2022

Dag 2 - Vancouver

Haloa vrienden,


Ah neen… we zitten niet in de warme oorden. Maar in wat koudere oorden : Canada.

Dus zal ik maar herbeginnen.


Hey there… How are you all doing folks…


Na de lange reis gisteren zou je verwachten dat de mensenvrienden wel wat zouden uitslapen.

Niet dus. 

Het licht ging om 3u al aan…

Gaan ze hier weer zot doen ?!

Ah oef.. ze gaan gewoon naar toilet denk ik.

Het lichtje werd terug uitgedaan.

Nog even slapen..


En hopla….

Om 4u en 5u vonden ze het weer nodig om ons uit onze hondeslaap te halen.

De baasjes konden wel terug in slaap dommelen, maar tja wij honden niet..

We hebben dan maar de aaaaaipad genomen en er wat zitten op smurfen.

We vonden een tof filmpje over een hondje dat de wijde wereld verkende.

Super interessant voor deze periode.


Om 7u ging dan de lawaaimaker af.. 

Baasje Sandra sprong uit het bed en in de douche.

Aha het is nu voor echt…

Doortje stond met een beetje tegenzit op, maar toen Mimi wat likjes gaf was alles vergeten.

Klaar voor beentjes en brokjes te eten gingen we samen naar beneden.

Daar zaten OMG(Oma Meter Grootmoeder) en Steven al klaar.

Na het lekker ontbijt wat het tijd voor onze kleine wandeling (een leuk boompje)


Toen we terug binnen kwamen we Didier, onze reisleider, tegen.

Didier, Is er al nieuws over die PCR Test ?

Neen.. van de andere 2 zijn de mails binnen maar van Sandra niets.

Didier had wel een mail gekregen “ingeval iemand positief is wat moet er gebeuren”.

Oei oei

Waar is de mail van Sandra?

En wat zouden de resultaten zijn?


Na een recreatieperiode was het tijd voor de uitstap.

We gingen met een gewone lijnbus…

Maar naar waar zouden we gaan?


Net toen we de hoek om stapten, kwam de bus er aan.

Wij hondjes mochten gratis mee dat was duidelijk.

Maar de mensen moesten met een kaart tegen een machine aaien.

Blijkbaar lukte dat niet zo goed.

Na dat er 4 van de 21 probeerden, mochten we van de buschauffeur gewoon opstappen.

Iedereen reed dus gratis mee.


We reden tot het einde van de lijn.

Maar van ongeveer de helft wist ik het al of beter gezegd roken we het al.

We stapten uit aan Stanley Park, een super leuk stadpark.

We deden er een kleine wandeling.

Eerste stop was de “bever vijver” (Beavers Lake).

Nu bevers of water heb ik er niet gezien, enkel waterlelies en een soort van paasbloemen.

Nadien zagen we enkele eekhoorns.

Ze waren iets groter dan de Belgische en pikzwart.

Deze beestjes leken ons wat te wantrouwen want ze waren direct weg.


We wandelen door het bos door tot aan het water.

Het echte water.

WOW…

We zagen de de Lions Gate brug.

Ik herkende ze van vorige keer dat we hier waren.

Toen zaten we op een boot en gingen we eronderdoor.

Zouden we dit nu ook doen?

Na de verplichte groepsfoto wandelden we verder.

We verlieten de oever van de haven.



Er stonden een hoop palen met een tekening in en  wat verf op samen.

Sandra vertelde mij stilletjes dat het Totems waren.

Dat zijn volgens de oorspronkelijke bewoners een soort van familie teken dat vereerd werd.



We wandelden terug naar de bus en reden terug naar ’t stad.

Oh dit herken ik nog.

Hier waren we enkele jaren geleden ook op wandel.

Ja ja..

Daar is het cruise terminal en daar zien we een treinstation.

Ik was trots dat ik mijn vriendjes Pelouchen kon rondgidsen.

We wandelden een ouder deel van de stad in.


En kwamen aan een klok die raar deed.

Er kwam stoom uit de oren van de klok.

En dat was nog niet alles.

Normaal verwacht je van een klok enkel dat ze gewoon Bim bam bom doet.

Maar deze begon gewoon om het kwartier te fluiten.

Het was een stoomklok.


Didier vertelde ons van een klein beeldje iets verder op een pleintje.

We moesten dat zeker gaan zien.


De mensen hebben ver gezocht….

Wij honden hebben overal gaan rieken …

..

Maar we hebben het Gassy Jack niet gevonden..

We zagen wel de bottenwinkel van Didier.

Didier keek met droevige ogen naar de winkel.

Sinds hij steunzolen draagt kan hij geen cowboybotten meer aan.


We kregen even pauze.

De baasjes kozen voor een portie Mexicaanse beentjes.

Nog even werden enkele winkels gewindowshopped 

En dan werd het serieus.


We werden naar de slachtbank gebracht.

Ale … 

Om Amerika binnen te mogen moesten de baasjes voldoen aan een hele boel eisen:

- ESTA aangevraagd hebben : CHECK

- Volledig gevaccineerd zijn : CHECK

- Vliegtuigtickets hebben met al de voorgaande info opgeladen CHECK

- Een negatieve Covid test ondergaan binnen de 24u voor voet op Amerikaanse bodem te zetten …. NOT CHECK


Didier had geregeld dat hele groep – wij honden gingen enkel mee voor de morele steun – getest kon worden.

We dienden ons daarvoor aan te bieden in de Pacific Center om 15u.

Nu dat wisten we allemaal goed liggen, want daar was ook de cruise terminal hadden we gehoord. 

We waren dus goed op tijd aan de ingang van het gebouw.

Maar de juiste locatie vinden leek wel extra moeilijk.

Volgens de documentatie zou het op het gelijkvloers zijn, maar daar was niets.

De speurneuzen vonden een indicatie op een bord.

Het was een beetje verdacht, maar tja.. de tijd drong.

2 verdiepen naar boven en daar stonden terug bordjes.

Zou het daar dan toch zijn.


NOPPES.

Dat testcentrum was blijkbaar enkel voor de passagiers die met de boot gingen vertrekken.

Niet voor ons dus.

Oei.

Zijn we op een verkeerde plaats ? Verkeerd adres?


Gelukkig waren de mensen wel heel behulpzaam en werd er gebeld, gebeld en nog eens gebeld.

Bleek het testcentrum waar wij dienden te hebben weggestoken te zitten achter de winkeltjes.

Hoe kan dat een mens en een hond te weten komen als er nergens iets staat.

Maar we hadden het gevonden.


Sandra werd super zenuwachtig.

Tot nu toe was er nog geen mail over de test van gisteren toegekomen.

Dus “wat als dat nu eens niet goed was”.

De druk begon haar echt te veel te worden.

Zelfs na als een van de eersten in haar neus te laten peuteren, kalmeerde ze niet.

We probeerden te troosten.

Oma-Meter-Grootmoeder, meedereizigers en Doortje hadden geen invloed.

Zelfs mijn superpowers deden niets.


Er bleef dus niets anders over dan haar gewoon te laten zijn.

Na een uurtje wachten kwam de verpleegster met een pakje papier buiten.

Gelukkig bleek iedereen negatief en kon iedereen mee.

Sandra kalmeerde een beetje maar toch.


Eerlijk denk ik dat baasje een beetje te moe was geworden van het vele wandelen.

Sinds de operatie in januari is ze toch nog niet echt de oude.

Ze blijft zo snel moe worden en als ze dat niet wil toegeven … 

 tja als kindjes moe worden…….


We zijn naar het hotel teruggekeerd zodat ze toch even kon rusten.

We waren nog maar net in de kamer en de boompjes werden al in stukjes gedaan.

Oef ze gaat straks terug wat meer te genieten zijn.


Ah ja… 

Vanavond werden we immers verwacht op ronddraaiende toren.

Ik kon het me niet echt voorstellen wat het was.

Maar blijkbaar was dat gewoon een toren met daarin een draaiende vloer.

Jij zat op een stoel aan de buitenkant en de wereld draaide voor jou.

Ik kan je dus confirmeren : de wereld is rond.


Na het eten en de wandeling terug, hebben we Sandra snel in haar bedje gestopt.

Terwijl de baasjes al in dromenland gingen, diende ik nog hard te werken.

Gisteren had Groote broer verslag uitgebracht, nu was het mijn job.

Maar nu ben ik toch ook wat moe geworden hoor.


Slaapwel en tot morgen.


PS. Hoe zou het nu met die eerste test zijn

dinsdag 7 juni 2022

Dag 1 - stress, stress, stress

Dag allemaal lieven lezertjes en pluche hondjes en beertjes,

Het is volbracht.

We zijn er.

Oef.

Eindelijk rust, tot vanmiddag toch want dan is het alweer stress, stress, stress, …

Maar waar was ik gebleven?

Oh ja, stress.

Baasjes zijn toch rare wezens hoor. Om horendol van te worden. Echt.

Waren de valiezen dus al meer dan een week op voorhand klaar. Een week op voorhand. Jawel.

Dus je zou denken, dat wordt rustig uitslapen tot de ochtend van vertrek.

Maar nee hoor.

ik vroeg zo al eens waar ik me moest verstoppen. Niet dat ik stress had hoor, verre van.

Ah je gaat bij Sloefie en Mimi - ah ja want in de grote fotorugzak heb ik een heel comfortabele reiskamer maar in de stinkende gele fotozak is er geen plaats voor hondjes.

En weet iedereen dat wel die het moet weten?

Ik denk het, broer.

En mag Loebas mee?

Nee, broer, Loebas kan niet mee. Die is te groot en die zou op de vlieger een ticket moeten hebben. Net als echte honden op de trein ook een ticket moeten hebben.

En wat gaat Loebas dan doen?

Loebas mag hier over de rest van de peluchen blijven waken, broer.

Ik denk dat ie liever meegaat, baas.

— (stilte)

Ik zag dat baasje meer met zijn hoofd bij het werk was dan bij de vakantie. Dat is zo een van zijn mindere kwaliteiten. Als er geen stress is, is er geen ? Leven ?

Enfin ik hoorde van Sloefie en Mimi ook al dat er genoeg stress was aan hun kant.

Maar kom, het werd een lang weekend. Sommigen hoorden vreemde stemmen, andere zagen brandende tongen en wij peluchen zijn nog eens in de wijnfrigo gedoken terwijl de baasjes naar Antwerpen waren bij de een of andere sinjoor met Spaande roets.

’s Avonds werden alle valiesjes en rugzakken mooi volgeladen en klaargezet. Ik kreeg eindelijk een plaatsje in een handtas, dank je doortje, en het laatste zaagfestijn voor het vertrek kon van start gaan (er werd weer een heel bos omgesnurkt).

Om vijf uur (!) hoorden we al het eerste gestommel of zo vroeg leek het toch.

Er werd gedoucht, geontbijt, gekoffiet en gepaft alsof het straks een zwaar examen wiskunde was.

En de luchthaventaxi was maar besteld voor kwart na zeven. Sjonge, jonge, jonge. Stresskonijnen zijn onze baasjes.

Sloefie was ook een beetje gestresseerd. Hij was bang dat Sandra hem zou vergeten.

Maar Sloefie toch, je weet dat ze de vlieger zelf zal doen omkeren als ze merkt dat je vergeten bent.

En zo had de mensenziekte stress ook al een van onze pluchen aangetast. Het leek wel de ziekte waar iedereen over spreekt.

Ik had het strategisch aangepakt. Ik had een plaatsje voor ons gezocht bij de cricket en sigaretten. Die werden zeker niet vergeten.

Ha, ken de zwaktes van de mensen en maak er je profijt van …

Na nog wat heen en weer gerij waren we uiteindelijk compleet. Drie peluchen en vier baasjes waren klaar om de grote trektocht naar de ijsberen en gletsjers aan te vatten.

——

Een kwartier te vroeg stond onze chauffeur al aan onze deur. Je weet maar nooit met de files rond de wereldstad Vilvoorde of de verrassende wegenwerken van Hans Bonte.

We werden samen met een vuilzak naar buiten gedragen, gelukkig belanden wij in de koffer en de vuilzak op straat. Pfff, onze neus was er dankbaar voor.

Nadat ook alle baasjes bijeengescharreld waren, konden we vertrekken naar het grote verzamelpunt voor alle reizen van Mijnheer Didier, het Ennepetalplein. Tot grote vreugde van de buren stond daar al een grote groep reizigers zich warm te keuvelen.

In het liedje gaat het van “het busje komt zo, het busje komt zo”.

Maar zoals Borsato ons al leerde, liedjes zijn bedrog. Het busje liet op zich wachten. Ook de reislijder liet op zich wachten, ook al moest die het minst ver komen.

Maar de stress was niet nodig, met een Belgische vertraging kwamen zowel de leider als de bus opdagen en konden we met enige vertraging beginnen aan ons eerste avontuur in meer dan twintig maanden, euh twee jaar, … IJsberen let op je tellen.

Iedereen was op post, dus we konden vertrekken …

Stress 1 - hoe zou het op de Brusselse Ring zijn? Die zal wel weer vast zitten… Neen hoor, het bolde redelijk vlot.

Stress 2 - hoe zou het op de E19 zijn? Die zal wel weer vast staan vanaf Mechelen Noord … Neen hoor, het bolde af en toe wat traag maar eigenlijk voor een dinsdag toch redelijk vlot.

Stress 3 - hoe zou het op de Antwerpse Ring zijn? Die zal wel weer een grote parking zijn … Neen hoor, het bolde redelijk vlot.

Stress 4 - zouden onze Antwerpse medetoeristen wel op tijd opgestaan zijn? Want die van stad, amai ze … Neen hoor, iedereen was mooi op tijd en dankzij een gedeelde nummerplaat konden veel medereizigers het toilet uitgebreid keuren.

Stress 5 - hoe zou het op de E19 zijn? Ah ja, we moeten wel in Nederland geraken, dus nog meer E19 onder de banden. Wel, alles ging vlot tot aan de grensovergang. De Nederlanders hadden maandag werkendag en geen verlofdag. Hun stichtend voorbeeld Calvijn hield niet zo van feestdagen, en nu moeten de Hollanders daar maar mee leven. Werken maakt zalig, zullen we maar zeggen.

Stress 6 - hoe zou het op de A16 zijn? Die zal wel weer vanaf Breda tot Rotterdam stil staan… Neen hoor, het bolde redelijk vlot.

(Nota van de eindredactie: de hondjes bleven wakker maar de eindredactie ging nog een tukje slapen want er was niets te beleven onderweg).

Stress 7 - hoe zou het op de A4 zijn? Die zal wel weer een grote parking zijn… Neen hoor, het bolde ook hier redelijk vlot.

En hop, ondanks alle onterechte stress waren we nog voor de middag aangekomen in Haarlemmermeer, beter gekend als Schiphol.

Het kan niet altijd meezitten. En dus moest onze bus een extra rondje maken voor we allemaal konden uitstappen. Voordeel: we konden de lange tentengang zien waar dit weekend duizenden toeristen moesten aanschuiven alverons een plaatsje te krijgen op een vliegmachine. De gangen waren … leeg.

Ook waar de bus wel mocht stoppen, duurde het even door als een kip zonder kop rondlopende toeristen.

Maar na vijf minuten werden ook wij gelost en konden we met baggage en al naar de vertrekhal. (Stressmoment #8) Ook hier waren geen wachtrijen en velden noch wegen te bespeuren. In tegendeel, een keer de juiste incheckbalie gevonden, konden we dadelijk met de valiezen op de weegschaal (Stressmoment #9) en kregen we ons papiertje om op de vlieger te mogen.

Onze bagage mogen we daar ook achterlaten.

En dan was het enkel nog wat veiligheidsmaatregelen doorlopen.

Wie de verkeerde schoenen aan had, mocht op zijn kousen verder. Wie de verkeerde broeksriem aanhad … juist ja.

Doortje moest wel gaan uitleg aan een boze ka wat ze allemaal in haar rugzak mee had. Maar werd dan toch vrij gelaten, met handbagage. Gelukkig maar, zo konden we ook mee op reis. Effe een stressmoment voor de peluchen of wat dacht je.

Na de controle van de paspoorten (stressmoment #10) stonden we eindelijk in het beloofde land, de vertrekhal.

Schiphol is groot en het duurde dus wel effe voor we bij de juiste slurf waren aanbeland.

Wegens de vieze ziekte Co***19 was de lounge dicht en dus moesten we zelf zorgen voor eten, drinken en muziek en dans. Het werd een Engelse sandwich met kaas of ei en spek met een drankje. De muziek en dans hebben we maar zo gelaten.

En dan was het wachten en wachten en wachten.

En dan nog wat meer wachten.

Om een uur ging de gate zogezegd open. Maar anderhalf uur later pas kwam de crew eraan en begon alles tot leven te komen. Sommige Indiërs probeerden iedereen voor te steken maar de mijnheer van security liet dit niet gebeuren. Maar erg lette ie niet op want met groep drie waren toch mee om dan in business class te gaan zitten waar ze geen kaartjes hadden voor gekozen.

Baasje Sandra had wel haar super-Delta kaart mee, maar die was niet zwaar genoeg om alle vier dadelijk aan boord te gaan.

We moesten dus wachten (stress #11) tot het merendeel van business class aan boord was en de echte frequente vliegers, dan wrong mijn baasje zich ook in de wachtrij. Want ja, er zijn altijd van die mensen die achteraan zitten maar hun bagage in de voorste rijen laten staan. En waar moeten wij dan wel onze bagage achterlaten (stress #12).

Gelukkig volgde de rest ook. We hadden zetels op rij 10, direct volgend op rij 6. Ha, KLM kan niet goed tellen. Wij peluchen kunnen dat wel beter hoor. Na zes komt acht, want zeven brengt ongeluk bij de Chinezen.

Er was gelukkig nog wat plaats in de bagagerekken. Maar er was wel concurrentie die een oogje had op de zelfde plaatsen "want hij liever de bak boven zijn hoofd niet te gevuld".

Enfin, na enige decibels, een brede rug, een valies die botste tegen een hoofd en een vinger die te lang in een hendel van een valies bleef zitten, was de rust teruggekeerd en alle bagage zat veilig opgeborgen.

We waren klaar voor onze eerste trans-Atlantische vlucht van het derde decennium.


En dan was het tijd om te vertrekken. Weg stress. Alaska, here we come! 

(nu volgt een onderbreking wegens rammelende maag en droge mond, wordt voortgezet)

(in geval van overmacht, lees teveel alcohol, kan het vervolg sine die uitgesteld worden)


Dag 1bis - de verveling slaat toe

Hips, we zzijn tterugg met een volle mond en een droge maag. (Of iets in die aard).

Waar waren we gebleven?

Juist ja, we waren de lucht in gegaan, met wat vertraging en niet omdat Schiphol overvol was maar ja.

Nu wachtte ons allemaal een vlucht van vele uren over de stille Atlantische Oceaan en over de Noordpool enzo.


We kregen alvast een spa blauw in onze pollen gestopt. Een originele, geen namaak zoals wel vaker gebeurt in Nederland.

We zaten op de eerste rij van de specialekes (ja wat had je verwacht !). Met een muur i.p.v. stoelen voor ons. Maar dat wou wel zeggen dat we geen schermpje of tabletje voor ons hadden. Dat viel wel wat tegen voor mij want ik zit daar graag op om iedereen in het oog en oor te houden en tegelijk toch ook de film niet te missen.


Snif.

Af en toe kregen we dan wel af en toe een beetje eten uit de keuken. Het was eens balletjes met puree, een boterham met kaas, een samengevouwen pizzabodem gevuld met kaas (?). Drank was wel gerantsoeneerd, toch als je een colaatje wou. Wijn of bier gaven ze met plezier. We bleven met een droge mond achter … en niet van den alkool!

Baasje had niet veel zin in spelletjes spelen en zo. En dus deden we allebei een beetje het zelfde, slapen en  nietsen.

Na veel genix, begon de vlieger dan toch onder de hoogste toppen van de bergen te vliegen. Het einde was in zicht.

Ik kroop in mijn schuilplaats en baasje in zijn bottines. En dan was het wachten op de grote klap …

Van de wielen op de grond.

Voordeel van een specialleke te zijn, is dat je redelijk snel het machien uit bent, dadelijk na de business mannen en vrouwen.

En zo begon een lange trektocht door de luchthaven.

Slef, slef, sloffer de slof.

Eerst moesten we op een spelconsole onze paspoorten invullen. Een van ons pakte niet op papier blijkbaar. Neen, niet Sloefie. Wij waren nog altijd incognito verstopt.

Dan kwamen we bij een serieuze grenswacht.

Die gaf het equivalent van rode en groene kaarten. Een groene kaart en je mocht Canada binnen, een rode en je moest een Covid-test laten doen.

We hadden het nog niet door maar we hadden een rode kaart gekregen,

Nog wat verder stond dan een verkeersagente … en die stuurde iedereen de groene en rode kant op.

Bingo, we hadden gewonnen. Sloefie moest met zijn baasje naar de keuzecontrole, wij moesten doorstappen naar de uitgang.

Snif. Snotter. Gaan we hen ooit nog terugzien.

“Gelukkig” was Sloefie niet de enige gelukkige voor een test. Wel drie van de eenentwintig moesten in hun neus laten peuteren.

We troepten allemaal samen aan de uitgang, nogal ongerust.

Een niet-zo-vriendelijke keffer jaagde ons allemaal naar buiten. Maar oh nee, als hier al die Canadezen op familie mogen wachten, sommige met zonder mondmasker, dan zou ik hier ook wachten op mijn kleine broer. Nem.

Mijnheer Didier had al het busje gevonden en iedereen mocht al zijn bagage opladen. Wij blijven natuurlijk wachten op de “gelukkige”.

Na een tien minuten zagen we ze dan eindelijk terug. Niet dat het al achter de rug was. Ze stonden eindelijk aan de kop van de rij neuspeuteraars.

Na nog eens tien minuten zagen we ze eindelijk verlost. Niet dat ze er blij uitzagen. Ze mochten tijdelijk het land in, om op de uitslag te wachten. Dat kon drie dagen en nachten duren.

Konden we eindelijk naar onze bus, het leek me een schoolbus bijna. En weg waren we richting ons Hotel.

Er was veel file en af en toe zocht de chauffeur een alternatief, maar het bleef druk.

Een uur later, stonden we dan toch aan het hotel. Het lukte ook niet van de eerste keer. De chauffeur stond verkeerd geparkeerd en moest nog eens het blokje rijden. En dan kon ie nog niet parkeren want ondertussen stond een on-intelligente japanner (auto) op zijn plaats.

Zucht.

Terug sleuren met valiezen en rugtassen tot aan de balie.

Mijn baasjes hadden alweer een kaart van de supportersclub of zo want we kregen dadelijk een kamer.

Tijd om efkes op het bed te gaan liggen. Of een doesjke te pakken.

Honger hadden niet maar dorst des te meer. Dus gingen we beneden nog iets drinken.

En mijn baasje ging zelfs nog eens wandelen. (Ik weet het, hondjes gaan normaliter mee, maar ik was echt hondsmoe)

En dan was het tijd voor dodo en veel gesnurk en gezucht.

Slaapwel allemaal,

Morgen moeten we allemaal naar een neuspeuteraar. Hopelijk komt alles goed,.

Zwaai zwaai,

Groote Broer in Canada - voor Eefkes