vrijdag 29 juni 2018

Dag 6 : De tweede Slag om Leningrad

Dag allemaal,

Dit is een moeilijk verslag om te schrijven. Niet dat er niet veel gebeurd is vandaag maar eerder omdat we er niet veel hebben mogen van zien.

Maar beginnen bij het begin zegt een van mijn baasjes.

Reveil. 

In feite eerder nog, bij het slapen gaan. Roomservice.

Ik haat dat woordje roomservice op een cruise. Want dat wil zeggen dat we allemaal er heel vroeg uit moeten om op te staan. En meer nog. Er staan bijna nooit beentjes op het menu en hoe kan een deftige hond nu een dag beginnen zonder een smakelijk, sappig, krakend beentje.

Ha. 

Reveil dus.

En die was vroeg. OM ZES UUR!!!

Ah ja. 

  1. Twee baasjes en twee hondjes die elk de badkamer nodig hebben in de ochtend. Bij de hondjes gaat dat snel maar bij de baasjes. Uren duurt dat, of zo lijkt het toch wanneer ik op mijn ontbijt moet wachten.
  2. Gisteravond raadde bijna iedereen van het personeel ons af om roomservice te bestellen en dus ging dat uren duren alvorens we konden eten. En dan zou mijnheer Didier niet op ons wachten. En dan moesten wij aan boord blijven. Boehoe. Mijn baasjes dachten slim te zijn en bestelden dan maar ontbijt tussen zes en halfzeven. Ze hoopten dat het eerder zeven dan zes zou worden. Ze zouden beter moeten weten. Maar ja, naar mij en mijn broer wordt op zo’n momenten niet geluisterd. Dan zijn het de grote mensen die beslissen. En die weten wat ze doen. Jaja.
Terwijl baasje een al zijn baartjes aan het afknippen was, draaide mijn baasje zich nog eens glimlachend om in bed.

MIS POES. DRIIIIIIIING. DRIIIIIIING.

Wie belt er nu om vijf na zes in de ochtend?

De roomservice.

Dat de roomservice onderweg was. 

Ha. Zie je wel. Wat had ik hun gisteren proberen in de oren te knopen? Maar nee. De baasjes wisten het wel beter.

Nog geen minuut later stonden zes dampende vliegende schotels op het kleine tafeltje van de living. 

ZES?!?

Wat hadden mijn baasjes allemaal besteld?

  • Twee keer Amerikaans bacon
  • Twee keer toast
  • Twee keer gebakken ham
  • Twee keer roerei
  • Twee keer croissant
  • Vier keer meloen (groene en rode)
Alles was er twee keer.

Of er beentjes bij waren, vroegen we.

Neen Sloefie, geen beentjes.

GDVRDMM.

Of er dan misschien een worstje over was voor ons. Als versterving wilden we dat wel oppeuzelen, zelfs zonder Tierentyn mosterd.

Neen Sloefie, geen worstjes.

GDVRDMM.

Maar dat stond wel op het blad, dat heb ik gisteren gezien.

Ja Sloefie, dat hebben we besteld maar dat is er niet bij.

GDVRDMM.

En gaan jullie niet reclameren?

Neen Sloefie, het is ongetwijfeld druk in de keuken en die worstjes komen nooit op tijd aan.

GDVRDMM. 

Ik denk dat ik de OVP ga oprichten, de Onafhankelijke Vakbond van Pluchewaakhonden. En als er iets mij niet aanstaat, dan ga ik in staking. Net als de collega’s van de OVS die hun trein stokken in de wielen steken als hun kleine teen zeer doet.

Ik zag wel aan mijn baasjes dat hun planning goed overhoop stond, net zoals het tafeltje met de zes ontbijt UFOs. De baasjes moesten hun rugzak nog herschikken, een plaats voor ons en flesjes water vinden en hun Internationaal Paspoort niet vergeten. Vooral dat laatste is belangrijk want anders is zowel Vladimir Vladimirovitsj als Mijnheer Didier boos.

Eigenlijk feitelijk maakte ik mij wel een beetje zorgen. Niet over mijnheer Vladimir enzo, maar wel over mijn baasje. Vannacht was ik plots wakker geworden van hondengeblaf. Ik dacht dat er een derde hond in de kamer was. Na grondige inspectie - door mijn broer, wat dacht je - kon ik maar een conclusie trekken. Het was mijn baasje. De bronchodinges was weer opgedoken. Als die haar te pakken krijgt, dan klinkt ze zoals de hond van de Baskervilles. En dat is niet leuk. Dan moeten we de mannen in witte jassen laten komen om haar longetjes beter te maken. 

‘S morgens zwegen mijn broer en ik maar over de bassend hond vannacht maar we lieten mijn baasje niet uit het oog. Tot ze ons diep onder kaweetjes stopte zodat de grenspolitie ons niet kon volgen. Ja, dan kunnen we ook niet veel zien hè. 

Opmerking van de redactie: De rest van het verhaal is dus niet op basis van visuele vaststellingen van de blogger van dienst maar op basis van wat ze later gehoord hebben. De werkelijkheid kan verschillen van wat hierna volgt.

Zo te horen stonden we in een hele lange rij. Al vanaf dek drie (de lift zegt telkens waar hij stopt, mocht er iemand in staan die ondertussen vergeten is waar ie wil uitstappen) en we konden pas op dek twee naar buiten. Pfff. Zo vroeg opstaan en dan zo lang aanschuiven. We zijn toch niet in de USSR zeker? 

Schuif, schuif, schuif ...

Schuif, schuif, schuif ...

Please sir ...

Bonk

Thank you sir ...

Eindelijk terug beweging. Ik denk dat we er door zijn. We zijn Rusland binnengesmokkeld. Hihi, wij zijn supersmokkelaars.

Schuif, schuif, schuif ... 

Oei. Te vroeg victorie gekraaid? Ah nee, iedereen wachtte op Mijnheer Didier of op de bus of op iets anders.

Na een tien minuten wachten kwam dan toch het bericht dat we naar de bus konden. Een paar ongeduldigen stonden ondertussen al buiten op het voetpad en mochten niet terug binnen. Iedereen moest wel zijn paspoort afgeven aan Mijnheer Didier. Was hij bang dat er toeristen zouden willen achterblijven in dit paradijs? 

Van de busrit kan ik niet zoveel meer vertellen. Het was nogal donker in de rugzak. Een keer uit de bus gingen we een beetje te voet en dan moesten we naar de metro. Daar was het sowieso een stuk warmer dan buiten. Het moet een heel diepe geweest zijn want aan de trap leek maar geen einde te komen. Ik snapte wel niet goed waarom we de metro in moesten. We hadden toch een bus. Ik denk zelfs dat ze een stukje heen en weer gereden hebben. Ik hoop dat baasje wat fotootjes heeft kunnen maken van de treintjes. Dit moet toch wel speciaal zijn, zo’n Russische metro.

Van de metro ging het in de bus en het werd dadelijk een lange reis. Ik hoorde iets over een zomerpaleis en over stoute Duitsers. Tja. Met Duitsers kan je toch maar beter opletten. Dat is met hondjes ook zo. Er zitten altijd valse tussen. Allez, ik bedoel gevaarlijke, met grote tanden en kwijl die uit hun bek loopt. De echte elite zijn natuurlijk de Mechelse. Huh? Ik spreek wel over herdershonden hè. Wat dachten jullie?

Na een lange rit mochten we dan eindelijk uit de bus. En plots was er de Brabançonne te horen. Een kleine fanfare zo te horen. Leuk.

Schuif, schuif, schuif ...

Schuif, schuif, schuif ...

Goed in groep blijven. Niemand anders er tussen laten.

Schuif, schuif, schuif ...

Dat klonk helemaal niet klantvriendelijk hier. De gids had ons ook al gewaarschuwd voor draken. Die loerden overal in de zalen van het paleis. En die konden vuur schieten. Wanneer er iets gebeurde dat hun niet aanstond. En dan moest je  vooral niets zeggen en angstig zijn. Of in plat vloms antwoorden en dan hopen dat de gids iets aardig in het Russisch vertaalde.

Schuif, schuif, schuif ...

Enfin de hele voormiddag werd er aangeschoven. En er waren heel veel mensen dicht bij elkaar. dat konden we tot in de rugzak ruiken. Pfff. Dan ruiken propere honden toch beter hoor.

Na een dik uur was het geschuif over. Er werd terug gewandeld en er werd over eten gepraat. Altijd een goed teken.

Na het eten, terug een uurtje bus. En de gids waarschuwde ons alweer voor gevaarlijke draken en dat we dicht bijeen moesten blijven.

Het volgende schuifelbezoek dan maar. 

Bonk, schuif, schuif, bonk, schuif, schuif ...

Zo te horen was dit paleis nog groter dan het vorige. Dat was het paleis voor in de winter en waar de favorieten waren opgesloten. Voor plezier van de tsarina’s. Baasje was veel foto’s aan het nemen. Ik denk dat er veel mooie schilderijen aan de muur moeten hangen. Dan neemt hij veel foto’s.

Schuif, schuif, bonk, schuif ...

...

Alarm fase Rood. De derde hond was terug. Mijn baasje probeerde wel om hem weg te stoppen. Maar broer en ik wisten hoe laat dat het was. Baasje was goed ziek. De kou en de regen van vandaag waren natuurlijk het ideale weer om de bashond naar boven te laten komen.

Het schuifelen hield op. We stapten terug. 

Maar niet voor lang. Transportmiddel drie : duidelijk een rivierboot. Gaan we een stadsrondvaart doen in de regen? Dan wordt het straks alarmfase donkerrood!

De gids vertelde honderduit over haar stad. En vooral over de paleizen die je overal kon zien. Elke tsaar had wel een ander paleis laten maken. En over de familieruzies van de tsaren. Als het niet vlotte, dan sloeg je mekaar gewoon het hoofd in of wurgde elkaar per ongeluk.

Wat is er zwaarder dan alarm Donkerrood? Heel de boot was aan het kuchen en snotteren. Het wordt de volgende dagen superdruk bij de dokter en apotheek. Hopelijk hebben ze voldoende anti-snot in voorraad.

En dan was het tijd voor de bus en de veiligheid van onze Eclipse. 

Please sir ...

Thank you sir ...

En we mochten terug aan boord en wij uit de zak.

Broer en ik hebben dan een heel indringend gesprek gehad met mijn baasje. Dan we de bashond gehoord hadden vannacht en ook op de bus en op het rivierbootje. En dat het beter was om die hond zo snel mogelijk de nek om te wringen. En dus naar de dokter te gaan en naar de apotheek. 

Gelukkig stribbelde mijn baasje niet te lang tegen. Anders hadden we de hulp van andere baasjes moeten inroepen. 

Na een kwartier was baasje terug. Zonder griep maar wel met twee flessen Night and Day. Prognose bevestigd.

Nu stop ik met schrijven want ik moet mijn baasje verzorgen.

Tot morgen misschien, tenzij ik verpleegstertje moet blijven spelen.

Sloefie


Geen opmerkingen: