zondag 16 oktober 2011

Dag 13T: Genesis 6

Dag lieve lezertjes,

Met enig uitstel volgt hier het vervolg van de 2de week van Steven.

We lieten jullie achter in een erwtensoep. Dinsdagavond bleef koud en miezerig. Blijkbaar had trouwens het grootste deel van Californië niet echt schitterend weer. Niet dat men klaagde. Het was maanden aan een stuk droog gebleven en water was dringend nodig.

Vandaag, woensdag, hebben we een ritje van zo’n 300 kilometer voor de boeg. ’s Avonds was de valies al klaar gemaakt. Bleven enkel nog de toiletzak en de computerapparatuur over. De eerste voor de hygiëne, de tweede voor het doorsturen van de obligate blog (die van de erwtensoep). De 300 meter van het slaapverblijf naar de hotellobby was wel voldoende om door en door nat te zijn, ondanks de stevige regenjas. Dat belooft voor de rit naar Yosemite.

In de lobby was het nog vroeg. Het ontbijt was nog maar net begonnen – vroege vogels krijgen hier voor half acht geen ontbijt. Uitzonderlijk voor de US of A. Gezien het weer buiten passeerden we langs het Amerikaans (spek, eieren, worstjes, pan cakes, patatjes, …) en continentaal (fruit, croissant, …) buffet. Ondertussen werd de iPad aan het werk gezet om de verschillende websites te controleren over wegen-, weer- en parknieuws.

Volgens CalDOT, het Californische Ministerie van Verkeer, waren er geen grote problemen op de route. Enkel verschillende wegenwerken met slechts een rijvak beschikbaar. “Expect delays”. Enkel een beetje wachten tot de vlaggenman je doorlaat. Voor woensdagavond was er wel een waarschuwing voor de High Sierras, i.c. Sequoia en King Canyon National Park, om sneeuwkettingen mee te nemen. Men verwachte (eindelijk) sneeuw boven de 6000 voet (zo’n 1800 meter) en in Californië mag je niet zonder kettingen op de weg als er sneeuwval dreigt. Maar twee maal geen paniek: Yosemite viel niet onder de waarschuwing en met een 4x4 hoef je ook geen kettingen.
In de lobby hing wel een ander verhaal op. Het was al sinds 11 uur ’s avonds hard aan het regenen en … de weg tussen Sequoia en Kings Canyon was versperd door verschillende modderlawines. Daar was de eerste uren geen doorkomen aan. Oeps. Dat wordt een omweg van zo’n 50 kilometers en minstens een uur langer rijden. De enige andere weg uit het park was er niet veel beter aan toe echter. Obama’s dollars zijn daar aan het werk om de weg opnieuw aan te leggen. Op verschillende plaatsen zijn er steenlawines. Tijd dus om te vertrekken.

De gietende regen is ondertussen gestopt en in de plaats is er nu een superstortbui. Over het paadje naar de chalets loopt nu zoveel water naar beneden dat je niet meer hoeft te lopen met je valies. Je kan gerust je valies als vlot gebruiken en zo naar de parking drijven.

Een tweede spurt tot aan de lobby om uit te checken. Daar staat ondertussen de telefoon roodgloeiend. Verontruste toeristen willen weten of het hotel nog niet weggespoeld is en of ze nog wel tot daar zullen raken. De buitenwereld is blijkbaar ook op de hoogte geraakt van de nogal uitzonderlijke toestand in de Sierras. Ook Sandra probeert mij via SMS en mail te waarschuwen maar dankzij geen dekking van noch AT&T, noch Verizon, zullen de berichtjes me maar 2 uur later bereiken wanneer ik terug in de bewoonde wereld ben.

CA-198 East - gesloten wegens teveel modder

Na een kilometer is het al zover. Het berichtje in de lobby is niet om te lachen. Road Closed. Had er beter geen grapje over gemaakt vorige week. Dus wordt het de CA-198 West i.p.v. CA-198 East.

CA-198 West - tijdelijk gesloten wegens wegeniswerken

Juist. “Expect delays”. Een mooie samenvatting. En dat bord geldt voor de zomer niet voor de zondvloed van vandaag.

Uiteindelijk … viel alles toch redelijk mee. Een kilometertje verder staan we een tien minuten te wachten voor het rode licht – dat uur wachten slaat inderdaad op dit licht. De verrassing komt pas wanneer het licht op groen springt. Na de eerste bocht duikt er verkeer op in de tegenrichting. Een grote Winnebago RV komt traag naar boven geklommen met daarachter een sliert personenwagens. Sowieso zijn de Winnebago's – een camper maar dan wel even groot als een bus van De Lijn – nogal trage dingen op de weg. Maar waarom die extra traag rijdt, merken we zelf enkele honderden meters verder. Er liggen overal rotsblokken ter grootte van een football op de weg. En daar moet je je een weg rond zoeken. Onze tuut heeft wel serieuze banden maar we proberen toch liever niet uit of ie tegen zo’n stenen bestand is. Een band wisselen is sowieso niet leuk maar in de stromende regen is het dat zeker niet. Laat staan dat we de handleiding vinden van de auto. We zijn de bandenwissel uit Death Valley nog niet vergeten. Lees nog eens hier.

Anderhalf uur draaien en keren later, staan we aan het “Foothills Visitor Center”. Tijd om even de benen te strekken en te informeren naar de toestand in Yosemite. Verizon & AT&T laten het nog altijd afweten trouwens. We halen ook nog de NPS stempel op. Zo hebben we de 4 beschikbare stempels van SeKi bij elkaar.
Net als boven in de hotellobby is het hier een beetje chaos. Heel wat mensen komen informatie halen over de toestand van de weg en het weer. Nogal wat mensen krijgen een koude douche. Wie vandaag naar boven rijdt, moet sneeuwkettingen meedoen of een 4x4 hebben. Anders riskeer je een zware boete en hoge sleepkosten als je vastraakt in de sneeuw en men je moet bevrijden. Het dichtstbijzijnde autocenter is zo’n 30 mijl naar het westen in Vissalia. Dat is dus minstens een uur tijd verloren. Volgens een vriendelijke ranger hoef ik me over – de weg naar – Yosemite geen zorgen te maken. Zolang als we geen sneeuw hebben aan het Visitor Center van Sequoia (boven dus), zullen ze ook geen sneeuw hebben in Yosemite. Nog nooit gebeurd. Hmm.

Nu we beneden zijn is eindelijk de regen gestopt. En na een twintig minuten rijden komen eindelijk de twee Gsm’s tot leven. We laten maar aan iedereen weten dat we levend en redelijk droog uit het park zijn geraakt. En nog zo’n twintig minuten begint zelfs de zon te schijnen. Volgens de plaatselijke radio blijft het voor de rest van de dag droog.

Het kleine bergweggetje is ondertussen een freeway geworden en zo kunnen we vlot de kilometers en de mijlen afmalen. Tommeke is ook optimistisch. De aankomsttijd schuift steeds meer naar voor. In Fresno luisteren we even niet en zorgen eerst voor drank voor de paarden (20 gallon benzine) en voor de chauffeur (nachos bel grande).
We zijn ondertussen op de CA-41 E, de Yosemite Freeway. De eindbestemming komt in zicht. T.t.z. Een hoop donkere wolken toont waar het park ergens zou moeten zijn. Het plaatselijk radiostation van Vissalia gaf duidelijk heel lokaal weer. Af en toe valt er wat regen uit de lucht en de wegen liggen er allemaal nat bij. De gold rush is al lang verleden tijd in deze streek maar ze hebben wel een nieuwe goudbron gevonden. De weg loopt langs een indianenreservaat dat omgebouwd is tot … casino. Het lijkt wel Las Vegas in het klein.

Uiteindelijk passeren we Oakhurst, het laatste stadje voor je de Sierras terug intrekt. Eerst een stuk National Forest en dan zijn we er. De Wawona-ingang van Yosemite ligt tegelijkertijd ook aan een van de grootste Sequoia-bossen. En nu het weer lijkt te beteren nemen we maar dadelijk de afslag naar rechts, richting de reuzenbomen.

De parking is druk, druk, druk. Het wordt dus een beetje passen en meten om onze grote Dodge Durango in een parkeerplaatsje te dumpen. We maken dus dadelijk kennis met een van de grootste nadelen van Yosemite … zijn bekendheid. Gans het jaar door is het nier namelijk druk. Zelfs op een winterdag passeren hier meer toeristen dan sommige parken in een gans trimester over de vloer krijgen.

Hier en daar komt er een kleine zonnestraal door de wolken en we beslissen om een korte wandeling te maken in het onderste deel van het bos tot aan de Grizzly Tree en California Tunnel Tree. Het trammetje rijdt niet meer en dus moeten we wel de benenwagen gebruiken. De wandeling is een bijna Europese bedoening met veel Duitsers, Russen, Fransen en ook een enkele Noorderbuur.

California Tunnel Tree

We zijn nu een kleine kilometer van de parking en het weer is echt aan het opklaren. Tijd dus om een grote stommiteit te begaan. Het Museum ligt zo’n 1500 meter verder. Waarom niet?
1) Het ligt ook 300 meter hoger
2) Het is gesloten
3) Het weer hoeft niet te blijven verbeteren.

Maar dat zijn maar gedachten na de feiten. We wandelen dus voort. Dat wordt snel al klimmen i.p.v. wandelen. Langs het pad komen we nog twee vriendelijke herten tegen.

Gevangen door de laatste zonnestralen

Langs het pad is het verder heel stil. Geen toeristen te zien. En tiens, er liggen kleine witte bolletjes op de grond. Wat zou dat kunnen zijn? De zon verdwijnt snel achter een stuifsneeuwwolk. Geen sneeuw in Yosemite. Ha! Ik veronderstel dat het nu ook sneeuwt in Sequoia.

Tree Museum

Aan het museum is het stil (wegens gesloten) en koud. We schrappen dan maar de uitstap tot aan de Fallen Tunnel Tree.

Op de lange weg terug komen we dan toch nog twee moedigen tegen. Noorderburen en net als met niet-aangepaste kleding. En een kleine specht sluit de wandeling met kleur af.

Tokketokketok

Na nog een uurtje rijden passeren we eindelijk Yosemite Valley. Het is er stil voor de tijd van het jaar. Maar ja. Iedereen zit binnen en bid voor beter weer morgen.
Heeft het geholpen? Come and see tomorrow.

Geen opmerkingen: