vrijdag 4 januari 2019

T 1 : it’s only over when it’s over

Dag lieve lezertjes

Ik schrijf dit verhaal ergens boven de uitgestrekte wouden van zuid-Brazilië. 

Want jullie hebben nog recht op de rest van dag een. 

Rondom mij heerst nog diepe rust. Bijna iedereen slaapt of doet alsof. Er zijn ook wat bomen gesneuveld onderweg. Amai wat een bende snurkers. 

We waren dus ergens rond 9 uur toegekomen op de immense luchthaven van Madrid. En we waren nog met veertien. Oef. 

Mijnheer Didier was terug een beetje meer leider en minder lijder geworden. We waren in terminal 4. En we moesten naar de andere terminal, 4S. Er zal wel een logica zitten achter de naamgeving, maar ik heb ze niet gevonden. 

We namen wel tien roltrappen naar beneden tot we bijna in de hel zaten. Daar wachte niet Lucifer en Beëlzebub maar een automatisch treintje. 

Zei ik al dat het een grooooote luchthaven was? Meer dan vijf minuten zaten we op het treintje. Alsof je van de Rogier naar de Zuid rijdt met de pre-metro. 

Enfin. Alweer enkele roltrappen verder en we waren op het nivo van de gates. Mijnheer D gaf zijn marsorders en we waren anderhalf uur ver. 

Sloefie en ik hadden vandaag nog geen deftig eten gekregen en ons baasjes zagen er uitgedroogd uit. Sloefie had al dadelijk in de mot dat er een BK was, een Burger King. En dus bedelden we bij de baasjes om een zakje chili cheese en voor hen twee aupersize drankjes. 

Zo gezegd, zo gedaan. 

Ik moest wel nog wat straf schrijven want ik had heel veel bouten in mijn schrijfstukjes geschreven. Hihi. En de baasjes konden genieten van hun laatste mobiel internet dankzij Europa. 

En dan werd het tijd om zoals afgesproken naar de gate te gaan. Het was niet ver, op ruikafstand van de Bk. 

Volk, volk, volk. 

En mijn baasjes moesten nog een zetel krijgen. Mijn baasje wou rij 0 hebben maar de andere passagiers waren het daar niet mee eens. Die hadden liever dat de piloten daar zitten. 

Enfin. We vonden een enkele Iberia dame achter een van de togen. Ze werd belaagd door een aantal mensen en ze kon daar niet mee om. 

Ze begon in het Spaans te blaffen. 

En dan maakte ze een verdedigingslinie met afspanlinten. 

Het was een grote vlieger en ook twee gates. De baasjes werden strategisch gepositioneerd aan beide. 

Na een tijdje was de dame gekalmeerd - of ze voelde zich veilig achter haar linten. Ze werd terug aanspreekbaar. 

Mijn baasje was naar de tweede plaats in de rij geslopen - niet zo makkelijk om dat onopvallend te doen met een grote rugzak op de rug. Het eerste koppel verstond niet waarom ze zetels op rij tien en elf kregen. Want dat was business toch en zij hadden Economy. Antwoord: economy is vol en we hebben u verzet. 

Jipie. 

Mijn baasjes hadden lange zetels besteld voor de benen van baasje. Misschien krijgen ze ook wel iets op rij elf of zo. 

Dan kwamen de baasjes aan de beurt. De mevrouw begon dadelijk te schrijven. 

Voila uw tickets. 

Jipie. Rij elf en twaalf. 

En dan was het wachten tot we op de vlieger mochten. Ik wou weten waarom rij elf en twaalf zo bijzonder waren. 


We kregen elk onze persoonlijke badkuip om in te slapen. En daar waren de baasjes heel tevreden mee. Sloefie en ik kregen een eigen nachtkastje om alles goed in het oog te houden. Een eigen badkuip had ook wel gemogen. 

Maar het was vooral de maag van de baasjes die gesoigneerd werd. Nog voor de deur dicht was kwamen ze al rond met cava (het zijn Spanjaarden hè en er is ook lekkere cava). 

En dan kwamen ze met een uitgebreid voorgerecht met nog meer drank. En keuze uit drie hoofdgerechten. Alles geserveerd met echt bestek en wijn in glazen die bijgevuld werden. 

Dit was beter dan BK. 

Nu snap ik waarom de baasjes zo blij waren. 

Ik stop nu met schrijven. Er is net een stewardess gepasseerd en ze keek nogal boos naar mijn leeslamp. 

Tot morgen lezertjes. 

Geen opmerkingen: